Utech, 2017

Ruimdenkendheid is geen alomtegenwoordig begrip in doom metalland. In goede handen is het ook niet nodig: repeterende basic riffs zonder tierlantijnen doen dan de truc. Een goed voorbeeld daarvan is het vorig jaar verschenen Dwaling van het Tilburgse Ggu:ll. Toch kan het verfrissend werken als een band zich buiten de gebaande paden begeeft en een hang naar muzikaal avontuur tentoonspreidt.

Zo’n band is het Spaanse Orthodox, bestaande uit bassist Marco Serrato en drummer Bora Díaz. Op het vorige album, Axis, verschenen eind 2015, liet het duo al horen meer in zijn mars te hebben dan louter het brengen van harde doom metal. Uitstapjes richting jazz, avant-garde en zelfs folk werden niet geschuwd en dat leverde een misschien ietwat onevenwichtige, maar wel aangenaam veelzijdige plaat op, zonder dat die eclectische dadendrang leidde tot het veronachtzamen van de doom metal-roots.

De avontuurlijke kant van Serrato en Díaz werd twee maanden later nog een keer benadrukt op Spain Is The Place, een rauwe en zeer intense avant-garde/freejazzplaat waarop het tweetal uit Sevilla samenwerkte met de saxofonisten Ricardo Tejero en Colin Webster. Voor het nieuwe album van Orthodox, Supreme, verschenen bij Utech Records, gaan de Spanjaarden opnieuw de samenwerking aan met een saxofonist: Achilleas Polychronidis, van oorsprong Grieks en de helft van het uit Málaga afkomstige duo Skullfuck.

Wie het muzikale werk van Polychronidis kent, zoals bijvoorbeeld te horen op de vorig jaar verschenen platen Fireflies And Mosquitoes (Skullfuck) en Annoy (solo, onder de afgekorte naam ‘Akipo’) weet dat door hem geen zoete koekjes worden gebakken. Integendeel: als luisteraar krijg je een paar hondse brokken voor je kiezen die maar moeilijk weg te krijgen zijn. Zo niet anders op Supreme, waarop Polychronidis niet zozeer gastmuzikant is, maar integraal onderdeel van de freejazz doommachine die Orthodox heet.

Supreme bevat één track van zesendertig minuten. Serrato neemt het intro voor zijn rekening met zijn ronkende en grommende elektrische bas. Díaz valt na anderhalve minuut in met een paar schijnbaar achteloos neergelegde tromslagen. Een steady beat of opzwepend ritme is nergens te bespeuren. En dat geldt voor het hele stuk: nergens is van enige stuwing sprake. Serrato en Díaz leggen geen gedegen fundament, daarvoor is hun spel veel te vrij. De zware klanken die zij produceren zijn wel van doom metal-origine, maar zij weigeren koppig om ook maar één voor de hand liggende riff te produceren.

Polychronidis werpt zich na bijna vier minuten in de strijd. Hij is niet de solist die ver over de ritmesectie heen speelt; zijn saxspel staat even hard in de mix als de bas en drums van Serrato en Díaz. Polychronidis’ toon is hees, wat zeurend en regelmatig overstuurd en zijn spel wordt verrijkt door effecten. Eenmaal van de partij, speelt de saxofonist onophoudelijk en dat heeft na verloop van tijd een hypnotiserend effect. In feite is hij de meest gelijkmatig musicerende muzikant van het drietal en daardoor legt hij een – wel behoorlijk fragiele – basis waaronder bas en drums vrij spel hebben.

Supreme klinkt als een log gevaarte, verkerend in zwaar weer. De motor hapert en het is hard werken geblazen. Dat laatste geldt ook voor de luisteraar, want enige houvast wordt niet geboden door de drie muzikanten. In alle zwaarte, donkerte en somberte weet Orthodox echter wel een heerlijk tegendraadse en overdonderende vrije doom-plaat te maken die je, eenmaal erdoor gegrepen, niet meer loslaat.

Orthodox – Supreme Bandcamp

Orthodox Bandcamp

Utech Records Bandcamp