Bronze Rat, 2017
Zeventien jaar geleden is het dat Boss Hog een plaat uitbracht. Whiteout stemde niet al te vrolijk: de punk/rock/blues van Cristina Martinez en consorten, waaronder echtgenoot Jon Spencer, was behoorlijk gladgestreken en de muziek klonk daardoor behoorlijk pop, en neigde soms naar Garbage, de band waarmee Butch Vig hits scoorde. Een verdere ontwikkeling naar meer pop bleef ons bespaard, want Martinez en Spencer kregen kinderen en Boss Hog werd voor onbepaalde tijd op pauze gezet.
Vorig jaar was er ineens weer een teken van leven, toen de ep Brood Star werd uitgebracht. De band ging weer touren, waarbij in februari van dit jaar ook Utrecht werd aangedaan (zie hier). Live bleek Boss Hog nog steeds zijn mannetje te staan en het nieuwe materiaal klonk opvallend goed naast de gouden oudjes.
Nu is er een volledig album, Brood X genaamd. De vrees dat de rafelige randjes die het concert zo lekker deden smaken in de studio eraf geslepen zouden worden, blijkt gelukkig grotendeels ongegrond. Natuurlijk is her en der wat gepolijst, maar de sound op de nieuwe plaat sluit beter aan bij de titelloze plaat uit 1995 dan bij Whiteout. En zonder een moment Boss Hog te evenaren, weet de band compositorisch ook goed voor de dag te komen. Tel daar bij op dat Martinez nog steeds erg goed zingt en er geen sleet zit op haar typische stem en we kunnen spreken van een geslaagde comeback.
De plaat is bovendien behoorlijk gevarieerd. Er mag gedanst worden op het aanstekelijke ‘Formula X’, dat overgaat in het luie maar broeierige en voorzichtig hypnotiserende ‘Sunday Routine’, waarin Spencers gitaarspel de ontregelende en opzwepende factor is. Curieus is dat afsluiter ’17’ een orgeltje laat horen dat doet denken aan De Kift. Dat in combinatie met de driekwartsmaat en de praatzingende Martinez zorgen voor een zinnenprikkelende song.
Er zijn meer hoogtepunten, zoals het Martinez/Spencer-duet ‘Rodeo Chica’. Na al die jaren is die truc nog niet uitgewerkt. Opener ‘Billy’ is er ook een, dankzij het tegendraadse gitaarspel, het appetijtelijke orgelspel en de dansbare beat. ‘Elevator’ is heerlijk rommelig opgebouwd. ‘Black Eyes’ gaat enigszins richting Blues Explosion, maar de vollere instrumentatie (weer dat orgel) maakt dat de song toch goed in het Boss Hog-idioom past. Opvallend is wel dat de vocale rol van Hollis Queens, die live goed tot uiting kwam, op Brood X minder naar voren komt.
Het doet goed te horen dat Boss Hog anno 2017 nog een aardige dosis stekeligheden in zijn muziek stopt (het spannende ‘Shh Shh Shh’ met vervormde stem is nog niet eens genoemd) en dat maakt Brood X een fijn plaatje dat moeiteloos kan wedijveren met menige indierock-release van tegenwoordig.