Hive Mind, 2021
Ajay Saggar blijft druk in de weer met verschillende muzikale projecten. Zo speelt hij momenteel live met University Challenged, waarvan in januari het sterke Oh Temple! is verscheen, en is er nu een nieuwe lp van King Champion Sounds, getiteld Between Two Worlds. Dat album verschijnt niet zoals de vorige twee platen bij Excelsior, maar bij Hive Mind, het label waarop ook het album van University Challenged is verschenen.
Na de indrukwekkende eclectische dubbelaar To Awake In That Heaven Of Freedom, was het muzikaal niet daarvoor onder doende For A Lark een enkele lp. Voor het nieuwe album was kennelijk weer zoveel materiaal beschikbaar, dat het op nieuwe een dubbel-lp is geworden. De totale speelduur komt op 71 minuten. Dat is behoorlijk lang, maar de muziek van King Champion Sounds verveelt geen seconde.
Op Between Two Worlds bestaat de band uit Ajay Saggar (gitaar, bas, synth, piano, orgel, elektronica, melodica, tanpura, omnichord, mbira, percussie en programmering), Oli Heffernan (bas en synth), Mees Siderius (drums, percussie en vibrafoon), G.W. Sok (vocalen), Elsa van der Linden (saxofoon), Chris Moerland (trombone) en Holly Habstritt Gaal (trompet en vocalen). Laatstgenoemde heeft stuivertje gewisseld met saxofonist Ditmer Weertman, die op For A Lark nog vast bandlid was maar nu op één stuk als gastmuzikant meedoet. Hij is niet de enige gast op het album, want net als op de vorige platen zijn ook nu enkele gastmuzikanten van de partij.
Het mooie van de muziek van King Champion Sounds, is dat niets helemaal duidelijk is. Er hangt een deken van mysterie over de muziek, die daardoor altijd iets ongrijpbaars houdt. Niets ligt er te dik bovenop en je kunt de muziek ook niet in een paar woorden vangen. Dub, indierock, post-punk, drone: het is allemaal aanwezig en vaak ook tegelijkertijd. De muziek klinkt toegankelijk, maar is ook duidelijk te moeilijk voor de massa. In al zijn dadendrang klinkt de muziek nooit te bedacht en met het uitgebreide instrumentarium dat voorhanden is, klinkt de muziek ook nooit te vol.
Net als op de voorgangers, zijn op Between Two Worlds echte songs te vinden naast stukken die (een beetje oneerbiedig) als sfeerschetsen kunnen worden betiteld. De muziek heeft dan duidelijk ambient-invloeden en met sommige repeterende patronen komt ook minimal music als invloed naar voren, maar King Champion Sounds maakt zijn soundscapes op een eigen wijze en op de beste momenten komen song en soundscape tegelijkertijd voor. Dat is bijvoorbeeld het geval in ‘ Remembering Easby Abbet’, dat gezongen wordt door de Amerikaanse zangeres Mia Doi Todd. Haar zuivere vocalen baden in een bed van klanken, waardoor de opvallend cleane zang wordt gevat in een King Champions Sounds-sound.
Opvallend is ook dat de vocale rol van G.W. Sok is teruggeschroefd ten opzichte van de vorige platen. Daarop waren ook al gastzangers te horen, maar op het nieuwe album is Sok op nog maar in enkele songs de leadvocalist. Puur als zanger legt hij het ook af ten opzichte van bijvoorbeeld de echt mooi zingende Todd, maar de ex-The Ex-zanger heeft zijn eigen kwaliteiten en bovendien een stemgeluid dat uit duizenden te herkennen is en goed past bij de songs die hij op dit album zingt, of beter gezegd: praatzingt. ‘I Am A Horse’ is er een van, een dubby stuk met een aanstekelijk ritme en fijne blazers. Een andere is ‘City In Wait’, wellicht het meest recht vooruit klinkende stuk op de plaat.
Gerry Love (Teenage Fanclub) is de gast op ‘I’m In Between Two Worlds’, waarop hij zingt en daarnaast bas, gitaar en autoharp speelt. En toch klinkt de song zo King Champion Sounds als maar zijn kan. Met onder andere een dubby bas, melodica, subtiel drumwerk en allerhande geluiden wordt een sfeervol stuk gecreëerd waarin de vocalen van Love goed gedijen. Sally Timms van The Mekons zingt op ‘Thou Hurricane’ en Jon en Tommy Langford verzorgen samen met Janet Beveridge Bean achtergrondvocalen, waarbij die van de laatste met meest opvallen, zeker in het laatste gedeelte. Dan is er nog een vocale gastbijdrage van Marieke McKenna, die haar praatstem leent voor ‘Seasick’, met op de achtergrond noisy wolken van klanken en rondom cirkelende gitaar- en synthklanken.
De laatste gastbijdrage is van de al genoemde Ditmer Weertman, die saxofoon speelt op afsluiter ‘Bathus’, een van de mooiste stukken op het album, vol met elektronische echoënde geluiden en met als constante een viertonig motief dat nog niet zou gaan vervelen als het een uur door zou gaan. Het is een van de fraaie instrumentale stukken. Daarnaast zijn er stukken waarop niet gezongen wordt maar gebruik wordt gemaakt van stemsamples. Dat gebeurt in ‘Ngong Hills’, waarin ook strijkersklanken zijn te horen. Twee werelden komen samen, want het is een sfeerstuk met een prominent ritme, al gaat het om een ritmisch patroon dat vrij wordt geïnterpreteerd. In ‘Libra Libra Libra’ duikt een repeterend motief op dat zich in je hoofd nestelt. Daarna valt een dubby bas in en mag Mees Siderius zijn kwaliteiten op vibrafoon etaleren.
King Champion Sounds maakt met Between Two Worlds een album dat niet verrast in zijn veelomvattendheid. Dat is de band gewoon. Het lijkt echter wel alsof de band in zijn muziek met al zijn verschillende facetten ook steeds meer een echte eenheid vormt. Ondanks de gastbijdragen heeft het gezelschap een eigen sound. Een collectieve sound waarin veel mag en veel wordt gedaan. Dat gecombineerd met het compositorisch vernuft, de heterogene klankkleuren en de puike arrangementen maakt (ook) dit album een feest om naar te luisteren.