Hominid Sounds, 2021
De Engelse underground blijft goed werk leveren en in belangrijke mate is het Londense label Hominid Sounds erbij betrokken. Op dat label verscheen onlangs We Spare Nothing, het tweede album van het uit Norfolk afkomstige duo Kulk. Dat duo bestaat uit Jade Squires (drums en synth) en Thom Longdin (vocalen en gitaar). Het is het zoveelste duo… Nee, wacht even: het is níet het zoveelste duo dat een stevige en dampende pot noisy muziek neerzet. De stijlkenmerken zijn weliswaar niet origineel, maar Kulk weet er een eigen draai aan te geven, heeft ideeën genoeg en kanaliseert die in negen songs die stuk voor stuk getuigen van een originele geest.
Het anderhalve minuut in beslag nemende intro van ‘Shuck’ bestaat uit zwevende en in volume toenemende synthklanken, gecombineerd met een (synth)baslijn. Het zet de argeloze luisteraar op het verkeerde been, want zodra de vette riff en de droge zang hun intrede doen, is de band vertrokken voor een doomy noiserocktrip die pas veertig minuten later tot stilstand komt. De invloed van sludge metal doet zich gelden, evenals pyschedelische rock, maar deze band staat met beide benen op de grond, al zakt men wat weg in de modder. Let wel: dat is een aanbeveling.
Na de hard erin hakkende openingstrack wordt het tempo omlaag gebracht in het lange ‘Forgetting Is Your Blessing’, dat meer dan negen minuten lang stevige doom laat horen. De aanpak van het Britse duo is niet zo no-nonsense dat men zich geen tierlantijnen veroorlooft. Zo zijn wat kleine speelse synthelementen waar te nemen en ook het gestaag ritmische spel op een van de cimbalen fleurt de boel een beetje op. Een beetje, want met het harde maar trage drumspel, een laag gestemde gitaarriff en negatief klinkende vocalen weet Kulk een pessimistische kolos van een song neer te zetten die je bij de strot grijpt en niet meer loslaat, helemaal als na een kleine zes minuten een versnelling wordt ingezet en de sfeer nog beklemmender wordt. Een drone doet als een cirkelzaag verwoestend werk op de achtergrond. De beklemming blijft als het tempo wordt teruggeschroefd.
IJzingwekkend klinkende synths domineren ‘Goblin Dreams’. Kulk gebruikt een flinke dosis galm. De drums klinken basic en dragen bij aan de unheimliche sfeer. De dromerigheid is niet vredig, het is een nachtmerrie. De praatstem die opduikt doet even denken aan Slint doordat die in de muziek is verwerkt in plaats van erbovenop ligt. ‘Day Old Kebab’ is het meest noisy stuk op het album. De feedbackende en smerig klinkende gitaren vliegen om je oren, de toms en bekkens worden gegeseld en de vocalist is de krankzinnigheid nabij. Des te verrassender is het dat halverwege de stortvloed aan klanken even ophoudt. Dat is uiteraard bedoeld om de volgende ronde stevige noise nog harder aan te laten komen. Die missie is geslaagd.
‘Lives For One’ is een perfecte mix tussen doom metal, sludge metal en noiserock, met een licht psychedelisch randje. Je verwacht dat de song de volle zes minuten zal doorbeuken, maar ook hier verrast het duo door de intensiteit te laten afnemen. Dat gebeurt zonder de spanning te laten zakken en enkele mysterieuze synthklanken zorgen er zelfs voor dat de song een enigszins sinister karakter krijgt. Het opvoeren van de spanning gaat Kulk goed af en zodra weer volle bak wordt gegaan worden rake mokerslagen uitgedeeld. ‘My Old Man’ is met anderhalve minuut het kortste stuk op het album. Het is ogenschijnlijk een rustpunt met zijn rustige gitaarspel en bijna gefluisterde zang, maar de spanning kruipt onderhuids.
De synth speelt een motief in ‘Lone Individual’, waar de drums droog op invallen. De muziek heeft lucht en even speelt de gedachte dat Kulk van koers is veranderd. Niets is minder waar, het (overigens prachtige) kale intro is de opmaat naar harde doom/noise metal met een monsterlijke proporties aannemende gitaarpartij. Het duo speelt met dynamiek in een song die wanhoop en woede lijkt te combineren. ‘Kill Your Local Rapist’ verrast vervolgens met een rock & roll gitaarriff, die echter al snel in een noisy omgeving wordt geplaatst.
Het is duidelijk dat Kulk binnen het gebied gelegen tussen doom metal en noiserock ruimte vindt om zijn eigen sound te ontwikkelen. Die sound is niet eenvormig en het instrumentarium, waarbij de synth natuurlijk veel mogelijkheden biedt, zorgt ervoor dat elke track onderscheidende kenmerken heeft. Resultaat is een dijk van een plaat die er hard in knalt, maar niet zonder nuances.