Dissipatio, 2021
Het Italiaanse label Dissipatio Records komt deze maand met zijn derde release. Het betreft een album van Simon Balestrazzi en Paolo Sanna. Eerstgenoemde is een componist en geluidskunstenaar die zich ophoudt in het muzikale veld van elektronische en elektro-akoestische muziek en die al actief is sinds het einde van de jaren zeventig. Hij is medeoprichter van de band T.A.C. (Tomografia Assiale Computerizzata), een band die zich beweegt tussen experimentele muziek en alternatieve rock . Samen met Paolo Monti en Nicol Quiriconi maakt hij muziek onder de naam Daimon, samen met Monica Serra als Dream Weapon Ritual, met Corrado Altieri als Candor Chasma, met Massimo Olla als Ridden Reverse en met Adriano Orrù en Silvia Corda als A Sphere Of Simple Green. Daarnaast werkt Balestrazzi momenteel als soloartiest.
Ook percussionist en geluidskunstenaar Paolo Sanno is al meer dan dertig jaar actief, opererend in het experimentele improvisatiegebied. Samen met Giacomo Salis vormt hij een percussieduo waarvan met enige regelmaat nieuw materiaal verschijnt, als duo maar ook in samenwerkingen met andere muzikanten. Ook Sanna is solo actief. Hij doet aan geluidsonderzoek door persoonlijk zijn eigen sets samen te stellen, waarbij hij ook gebruik maakt van eigen geluidssculpturen en verschillende objecten. Het gebruik van uitgebreide technieken en timbreonderzoek staan centraal in zijn onderzoek, waarin hij door middel van vrije improvisatie tot instant composities komt.
Ook op de samenwerking van Balestrazzi en Sanna, die als titel Disrupted Songs heeft meegekregen, is sprake van zogenaamde instant composities. De muzikanten creëren hun muziek in real time, waarbij ze voortborduren op ideeën en sensaties die zich voortdurend ontwikkelen en aan verandering onderhevig zijn. Balestrazzi horen we op geluidsobjecten en elektronica. Sanna horen we eveneens op verschillende objecten en daarnaast op percussie, gong en crotales (een reeks kleine gestemde bronzen schijfjes die worden aangeslagen met een harde stok of aangestreken met een strijkstok).
De titel ‘verstoorde liedjes’ is ietwat misleidend, want feitelijk is geen sprake van liedjes. De muziek van het tweetal komt louter improviserend tot stand, waarschijnlijk wel uitgaand van een basisidee, maar dat niet vastomlijnd. Zo klinkt het althans. De muziek is te kenschetsen als geluidsonderzoek en is abstract maar niet afstandelijk, al moet je er wat moeite voor doen om de schoonheid in dat klankenonderzoek te ontdekken. Die is er wel degelijk, want deze twee ervaren musici weten hoe om te gaan met klankkleuren, toonhoogtes en het werken met voorwerpen waarmee geluiden kunnen worden geproduceerd.
In de wereld van de twee Italianen kan alles muziek zijn, en zo komt het dat ‘Song #1’ begint met het geroezemoes van stemmen, waar een aantal stemmen bovenuit komen, onder andere van kinderen. Tussendoor horen we een brommer, maar ook al enige geluiden die afkomstig zijn van percussie en elektronica. Balestrazzi en Sanna zijn geen muzikanten van het grote gebaar; de muziek beweegt zich in een overzichtelijke muzikale ruimte waarin plaats is voor kleine geluiden waarmee volop geëxperimenteerd wordt. Zo ontstaat muziek die niet voor de hand ligt, soms broos klinkt en op andere momenten zelfverzekerd en doelbewust.
Om de muziek van het tweetal op waarde te kunnen schatten, is het van belang om geluid als muziek te beschouwen. De muziek is zoals gezegd abstract en heeft geen ritme of melodie. Het is zaak om de geluiden op zich te kunnen waarderen. Dat zal de meer avontuurlijk ingestelde muziekliefhebber geen moeite kosten, want wat de twee muzikanten de luisteraar voorschotelen is een klankenuniversum waarin het goed toeven is. Sommige geluiden kunnen ongemakkelijk zijn, maar aan harsh noise doet het duo niet. Wel worden verschillende objecten auditief onderzocht. De elektronica fungeert soms als bindmiddel, soms als tegenwicht en soms als op zichzelf staande entiteit.
Qua sfeer weet het duo ook te variëren. Met zwaardere lage klanken wordt donkerte gesuggereerd, terwijl speelsheid doorklinkt in subtiele hogere geluiden. In feite heeft het tweetal de beschikking over een hele speeltuin aan voorwerpen en instrumenten, maar er wordt gedoseerd gebruik gemaakt van de verschillende mogelijkheden. De muziek spreekt voor zichzelf, maar kan in zijn abstractie ook verschillende associaties oproepen. Er is constant beweging, soms wordt gespeeld met (vervormde) stemmen en er zijn draaiende, tikkende, piepende, grommende, krakende, raspende, zwevende, wringende en schurende geluiden, soms doordringend en een tikkeltje gemeen, soms zacht en fijngevoelig.
Kortom: wie er voor open staat wacht een schat aan geluiden en aan klankkleuren die hij/zij op zich in kan laten werken. Sommigen zullen het werk van de Italianen zien als geluidskunst, anderen als muziek. Het doet er niet echt toe als het resultaat zo inventief en spannend is als op Disrupted Songs.