Trikont, 2021
Zes jaar na het sterke Spot is Attwenger terug met een nieuw album. Het sinds 1990 samen musicerende duo Markus Binder (drums, elektronica, zang) en Hans-Peter Falkner (accordeon) hebben sinds het ontstaan negen reguliere albums uitgebracht, inclusief het nu verschenen Drum, dat net als de vorige platen is verschenen bij het Duitse label Trikont. Op het nieuwe album laat Attwenger weinig verrassends horen als het gaat om de muzikale koers, maar het duo verschuift wel accenten en haalt hun invloeden weer net even ergens anders vandaan om die vervolgens te verpakken in hun eigen geluid.
De muziek van het tweetal is een unieke mengeling van Oostenrijkse volksmuziek, folk, hiphop, (elektro)pop, rock, polka en punk. De teksten worden gebracht in het Boven-Oostenrijks dialect (Oberösterreichisch) en zijn dus zeer lastig te verstaan. Zelfs met het tekstvel in de hand en met enige kennis van het Duits blijft het lastig. De voordracht van Binder, die zowel praatzingt als zingt en zich een enkele keer op het hiphop-pad begeeft, klinkt droogkomisch, wat wordt versterkt door de leuke clips die van enkele songs zijn gemaakt.
Maar komisch of niet, de muziek van Attwenger moet wel serieus worden genomen. Het is weinigen gegeven om met invloeden die uit verschillende muziekgenres een direct herkenbare eigen sound te ontwikkelen en om de uiteenlopende muzikale verwijzingen in hapklare songs te gieten. Uitgezonderd het in 1997 uitgebrachte Song brengt Attwenger vrij korte liedjes en op die regel is Drum geen uitzondering. Al eerder werkte het duo met gastmuzikanten (zo waren het Boban Markovic Orkestar en Fred Frith te horen op Sun) en dat gebeurt nu weer. De gasten brengen mooie extra’s aan in de songs, zonder dat iets van het typische Attwenger-gehalte van die nummers wordt afgedaan.
De aanstekelijke beat van opener ‘erso&sieso’ is gemaakt door landgenoot YBsole. Die eerste track is een elektronisch klinkende song, subtiel dansbaar en voorzien van droge accenten. De Oostenrijkse Fuzzman speelt bas op drie tracks. De eerste daarvan, ‘foisches viech’ is een dansbaar rocknummer, of een rockend dansnummer zo je wilt. De elektrische accordeon van Falkner klinkt daarbij lekker smerig. Enkele samples vervolmaken de sterke track. Fuzzman is ook te horen op ‘völlig wurscht’, waarin Oostenrijkse folk doorklinkt, vermomd in de vervormde accordeonpartij. Tot slot levert Fuzzman een bijdrage aan de lo-fi polkapunkrocknroll van ‘real’, waarin handig een citaat van Chuck Berry’s ‘Too Much Monkey Business’is verwerkt.
Een stukje Chuck Berry, maar dan wellicht onbedoeld, is te horen in ‘a weng weniger’, waarin een stukje van de melodie lijkt op ‘Come On’. Dat zit dan wel verstopt in een zware elektropopsong met hiphopinvloeden. Elektronisch klinkt ook ‘vagismi’, net als de openingstrack een subtiel dansbaar nummer met een aantrekkelijke ritmiek. Daar staat de polkapunk van ‘i mog’ en ‘drum’ tegenover, waarbij het scherpe accordeongeluid in de laatste track opvallend is. In beide stukken horen we ook drummer Lukas König.
In twee liedjes zijn blazers te horen. H-G Gutternigg speelt tuba en potete (een soort trompet) en Rainer Gutternigg trompet in ‘damlaung’. Beide muzikanten maken deel uit van de vanuit Oostenrijk opererende band Russkaja. Het mooie arrangement geeft het stuk extra schwung. Dat geldt helemaal voor ‘olle de i ken’, dat een werkelijk prachtig blazersarrangement kent (van Christoph Dienz), gespeeld door Musikkapelle Wattens. Bijzonder fraai is het stuk waarin zang en tuba/trombone unisono spelen, maar ook overigens is de toevoeging van blazers pure weelde in de volksmuziek, gebracht in de vorm van aanstekelijke polkarock.
De liedjes waarin Binder en Falkner het met zijn tweeën doen, doen overigens niet onder voor de nummers waarop gasten zijn te horen. ‘leider’ bevat een kritische tekst die handelt over mensen die voorheen links stemden en nu rechts en internationale solidariteit die is vervangen door nationalistisch identiteitsdenken. Het stuk is ook vocaal erg sterk, net als ‘schuidn’ met zijn mooi gezongen koortje, dat drijft op een zware beat. Mooi is ook de akoestische accordeon die opduikt in ‘kredit’. Zo heeft elke track zijn eigen kenmerken en typische details en valt er dus ook na meerdere draaibeurten nog altijd wat te ontdekken in de muziek. Het maakt Drum tot een van de beste albums in de toch al fraaie discografie van Attwenger.
Drum bandcamp