A New Wave of Jazz, 2021

Het Belgische label A New Wave of Jazz laat een paar keer per jaar meerdere releases tegelijkertijd verschijnen. Deze keer brengt het door Dirk Serries gerunde label drie cd’s tegelijk uit, zoal gewoonlijk voorzien van sober artwork. Op de nieuwe uitgaven zijn naast vertrouwde A New Wave of Jazz-gezichten ook een paar muzikanten te horen die nog niet eerder muziek op het label uitbrachten. De muzikale familie breidt zich uit, terwijl de filosofie van het label intact blijft.

Arvind Ganga & Riccardo Marogna – Ballads From the Wrecked Ship

Vanuit Den Haag opereren Arvind Ganga en Riccardo Marogna, die beiden hun debuut maken op het A New Wave of Jazz-label. Ganga speelt elektrische gitaar en maakt gebruik van objecten. Hij onderzoekt de fysieke mogelijkheden van de gitaar en daartoe maakt hij gebruik van verschillende technieken. Ook objecten worden gebruikt om het geluid van het instrument te manipuleren. In zijn vrije improvisaties gaat hij het maken van noise niet uit de weg en in zijn muziek heeft hij een zekere punk-attitude. Hij speelt zowel solo als in samenwerking met gelijkgestemde muzikanten, en ook met dansgezelschappen. Hij is een van de muzikanten op het fantastische freejazz/rock-album Fading Ground, naast Josué Amador en Dirar Kalash.

Marogna is van Italiaanse afkomst. Hij speelt tenorsaxofoon en basklarinet en is ook in de weer met elektronica. Die instrumenten speelt hij ook in zijn soloproject Infernal Mosquitoes. Zijn muzikale samenwerkingen omvatten het Sho Shin Duo (met drummer Riccardo La Foresta), Organo (met Aurelie Lierman en Abel Fazekas), DINGEN (met Darina Zurkova) en Ritual Habitual (met Gonçalo Almeida en Phillipp Ernsting. Marogna is ook te horen op het vorig jaar verschenen album ONI van ROJI.

Voor Ballads From the Wrecked Ship laten Ganga en Marogna zich inspireren door The Waste Land, het uit 1922 stammende gedicht van T.S. Eliot. Titels van stukken verwijzen naar dat werk en soms betreft dat een hele passage eruit. Eliots gedicht is geen makkelijke en geen vrolijke kost, maar gelukkig leidt dat niet tot muziek die zwaar op de hand is. Het spel van Ganga en Marogna is vrij, experimenteel en speels. Met een stemmige ondertoon, dat wel.

Dat wordt direct goed geïllustereerd in ‘Oed’ und lees das Meer’, een frase die Eliot heeft overgenomen uit Tristan und Isolde van Richard Wagner en door de twee muzikanten als titel is gekozen voor de openingstrack. Gitaar en saxofoon/basklarinet tasten de eigen mogelijkheden en die van elkaar af. Dat leidt tot een gedeelte waarin Ganga met een snel pulserend motief een soort drone neerlegt, waar Marogna zijn basklarinetklanken overheen legt, later gevolgd door gitaarklanken van Ganga. De klanken van de instrumenten hebben een scherp randje, wat de muziek een dosis spanning meegeeft. De kleppen van de basklarinet klinken mee en fungeren min of meer als instrument. Mooi is hoe het tweetal steeds intenser gaat spelen en naar een fraaie climax toewerkt.

Ganga’s gitaargeluid wisselt en verraadt ervaring in verschillende muziekstijlen. Sonic Youth ligt net zo dichtbij als Marc Ribot en daartussen ligt een heel gebied dat door Ganga wordt bestreken, zonder pathos en zonder egotripperij. Het zachtjes beroeren van de snaren van de gitaar leidt al tot een behoorlijke klank, zodat de muziek nooit erg ingetogen klinkt maar wel geladen is met elektriciteit. Marogna vindt zowel op saxofoon als op basklarinet een mooie middenweg tussen lyriek, experiment en robuustheid, waarbij hij met elektronica de muziek een extra kleur of invulling geeft.

Die elektronica speelt een subtiele rol in ‘Chozodia’, waarin de klanken van de kleppen van Marogna’s saxofoon een krakende nabewerking krijgen. Ganga produceert wrijvende en schrapende geluiden met zijn gitaar, soms ultrakort uitschietend naar rockachtig spel. De muziek is experimenteel en spannend. Marogna speelt met veel lucht en laat soms een saxofoonklank ontnappen, terwijl Ganga zijn snaren afknijpt of juist volle akkoorden speelt, met een gruizige klank. Ook in ‘Phantoon’ voeren experiment en spanning de boventoon, waarbij ook geluiden afkomstig van niet nader te identificeren objecten een rol spelen.

In de langere stukken nemen de twee muzikanten de tijd om de muziek zich te laten ontvouwen en het is opvallend hoe natuurlijk dat gebeurt, bijvoorbeeld in ‘The limp leaves waited for rain, while the black coulds gathered far distant, over Himavant’, dat naar een heerlijk grofkorrelige en noisy apotheose toewerkt. In ‘Kzans’ overheerse hoge tonen en vervlechten de twee de klanken van hun instrumenten, waarbij de individuele stemmen goed hoorbaar blijven. Elk stuk op het album is onvoorspelbaar en onderscheidend. De experimenteerdrift en de soms subtiele maar vooral ongepolijste klanken vormen een fraaie combinatie en Ganga en Marogna zijn welkome nieuwe gasten in de catalogus van A New Wave of Jazz.

Pierre Gerard – Pieces of Apparatus

Een welkome nieuwe gast is ook Pierre Gerard, die past in Serries’ liefde voor minimalisme, zoals de labelbaas dat ook zelf laat horen met zijn in wisselende samenstellingen opererende project Tonus. Stilte vormt een belangrijke component in de muziek en dat geldt ook voor het werk van Gerard, een Belgische componist die sinds 2006 werkt met akoestische instrumenten en elektro-akoestische gitaar. Hij noemt zijn muziek, zijn onderzoek meer intuïtief dan minimalistisch.

Luisterend naar Pieces of Apparatus is ook een hang naar reductionisme hoorbaar, want de vijf composities op het album bestaan uit geïmproviseerde gitaarklanken, de nagalm daarvan en stilte. Wat dat laatste betreft schuilt een gevaar in het te kort en te lang laten vallen van stiltes. Een te korte stilte doet afbreuk aan het minimalistische of reductionistische karakter van een werk, terwijl bij een te lange stilte de spanning verloren gaat. Gerard weet beide varianten te vermijden.

Wel vult hij opvallend veel in, hoewel hij wel degelijk en op een uitdagende manier met stiltes werkt. Hij creëert daarmee ruimte in de muziek, een architecturale ruimte die met de klanken van de gitaar en de elektrische spanning kan worden gevuld. Gerard gaat niet zover dat hij slechts enkele losse tonen speelt; de muziek kent een melodische en een ritmisch aspect, al worden beide ook op minimale wijze ingezet. In ‘Spécimen Dans Les Ton Proches’ zijn zowel staccato tonen als doorklinkende tonen te horen, die op natuurlijke wijze wegsterven in de stilte.

De muziek van Gerard is onderzoekend van aard. Dat onderzoek geschiedt op een rustige manier, met ruimte om kleine ideeën geduldig uit te werken. De muziek geeft de luisteraar ook ruimte om te reflecteren en te interpreteren. De klanken dringen zich niet op, maar zijn wel zodanig aanwezig dat ze niet te negeren zijn. De abstracte muziek die Gerard creëert vergt wel wat geduld van de luisteraar. Het beste onderga je de muziek in alle rust, met de ogen gesloten en de verbeeldingskracht op volle sterkte. Elke nieuwe draaibeurt toont dan nieuwe elementen, of die nu daadwerkelijk auditief tot stand komen of slechts in je hoofd.

Alan Wilkinson & Dirk Serries – One in the Eye

Het contrast tussen de cd van Pierre Gerard en die van Alan Wilkinson en Dirk Serries is groot. Hier geen minimalisme maar vrije improvisatie in pure en ruwe vorm. In tegenstelling tot het personeel op de andere nu verschenen cd’s, gaat het op One in The Eye om bekende namen in de A New Wave of Jazz-contreien. Gitarist Serries is uiteraard de man achter het label en is te horen op veel releases die op het label zijn verschenen, terwijl saxofonist/basklarinettist (en hier ook vocalist) Wilkinson is te horen in het kwintet op het tweede schijfje van Double Vortex en in een duo met slagwerker Andrew Cheetham op The Vortex of Past Time.

One in the Eye is een dubbelaar, waarbij de eerste cd studio-opnames bevat en de tweede een weergave van een live-performance. Serries is te horen op akoestische gitaar en dat betekent dat hij met een instrument met een beperkt volume moet opboksen tegen het spel van Wilkinson, die soms hard en gemeen uit de hoek kan komen. De in de studio opgenomen tracks zijn acht min of meer afgebakende stukken die goed laten horen hoe levendig en expressief de vrije improvisatie en freejazz van het duo is. Op het schijfje met live-opnamen staan twee stukken waarvoor hetzelfde geldt in een wat langere vorm.

Serries is een gitarist die regelmatig met horten en stoten opereert, a-ritmisch te werk gaat en aan het spelen van melodieën een broertje dood heeft. Wat zijn spel zo aantrekkelijk maakt om naar te luisteren zijn in de eerste plaats de klanken die de gitarist uit zijn instrument haalt. Het is bijna hoorbaar hoe hij uit het instrument geluiden weet te trekken, alsof die niet simpel door het aanslaan van snaren tot stand komen. Bij Serries vormen het zoeken naar klanken en het op abstracte en bedrijvige wijze musiceren het tweede aantrekkingspunt in de vrije improvisaties van de gitarist. Ten derde blijkt uit het spel dat Serries ook nauwkeurig luistert naar zijn muzikale kompaan.

Wilkinson is de expressiviteit zelve, maar weet soms ook opvallend ingetogen uit de hoek te komen. De mogelijkheden van de bariton- en altsax en de basklarinet worden verkend, niet door voor het onconventionele spel te gaan maar door al spelend melodisch, ritmisch en dynamisch de klanken te onderzoeken. Vooral de diepe tonen van de basklarinet zijn een lust voor het oor, maar ook de snelle riedels op altsax en het knorrende geluid van de baritonsax zijn een muzikale attractie op zich. Wilkinson is een ervaren muzikant die nog altijd musiceert alsof zijn leven ervan afhangt.

Zowel in de studio-tracks als in de twee in een live-setting opgenomen stukken klinkt het duo Wilkinson/Serries rauw (in de live-opname iets meer dan in de studio-opname), inventief en vooral ook enthousiast. Er schuilt enorm veel speelplezier in de klanken die het tweetal produceert en dat werkt aanstekelijk. Alles mag in de muziek en er zit geen rem op de muzikale ingevingen. Gelukkig maar, want zo zijn we getuige van een imponerende manier van improviseren van twee muzikanten die nooit zijn ‘uitgeleerd’ en daarom nog altijd weten te verrassen.

Ballads From the Wrecked Ship bandcamp

Pieces of Apparatus bandcamp

One in the Eye bandcamp

A New Wave of Jazz website

Arvind Ganga website

Riccardo Marogna website

Pierre Gerard website