A New Wave of Jazz, 2021
Geïmproviseerde muziek gedijt het best in een live-setting waarin je als publiek de spontane vondsten en – als meer dan één muzikant actief is – de interactie niet alleen kunt horen maar ook visueel kunt waarnemen. Bij uitzondering verschijnt er wel eens een studio-album waarop de geïmproviseerde muziek nog beter tot zijn recht komt dan tijdens een concert. Solo Acoustic Guitar Improvisations I van de Belgische gitarist Dirk Serries is zo’n plaat.
Even een klein stapje terug in de tijd, naar 12 september 2020. Serries speelt een soloset in een loods in het Limburgse Stramproy (een grote ruimte was nodig in verband met corona). Op verzoek speelt de gitarist nog één keer een solo ambient-concert. In een spaarzaam verlichte ruimte zit de Belg geconcentreerd boven zijn elektrische gitaar, gaat hij op in de lange klanken die hij met zijn gitaar en de voor hem uitgestalde effecten creëert. Je ziet hem de snaren aanslaan, je hoort het alleen niet of nauwelijks. Het is de algehele sfeer die van belang is en elke hoorbare snaarberoering leidt alleen maar daarvan af.
Hoe groot is het contrast met het nu verschenen solo-album. De gitarist speelt op een akoestische gitaar, zonder effecten, en in de muziek die Serries nu maakt is het in tegenstelling tot zijn ambient-concert juist de bedoeling dat je elke vingerbeweging en elke beroering van zijn snaren hoort. De attaque is een wezenlijk onderdeel van de vrije improvisatie. Om alles goed te kunnen laten horen, heeft de muzikant ervoor gekozen om slechts één microfoon te plaatsen, zo’n vijftig centimeter verwijderd van de klankkast van de gitaar. De mono-opname die op deze manier is gemaakt, zorgt ervoor dat je je als luisteraar als het ware dichtbij de gitarist en zijn instrument (een Höfner archtop gitaar uit 1957) bevindt.
Vier jaar geleden verscheen ook een solo-album van Serries als vrije improvisator. Etched Above The Bow Grip, uitgebracht door het Britse Raw Tonk Records, liet de gitarist horen in onrustige maar gefocuste bui. De improvisaties waren vrij kort, lieten een enorme drive horen om nieuwe terreinen te ontdekken en konden vuige en zelfs noisy gedaanten aannemen. Net als op dat album houdt Serries op Solo Acoustic Guitar Improvisations I de improvisaties redelijk kort. De focus is daar en de ideeën zijn verpakt in een compacte vorm. Die staat overigens niet van tevoren vast, want alles is geïmproviseerd. De onrust die de vrije muziek van Serries kenmerkt, wordt nu anders gekanaliseerd. Een ruige rand heeft de muziek nog steeds, maar de noise is verdwenen. Serries blijft op zoek naar nieuwe wegen en is nog steeds zo leergierig als een jonge muzikant. Met andere woorden: de muziek ontwikkelt zich nog steeds en Serries wordt als gitarist nog steeds beter.
Wat dat laatste betreft: Serries hoeft dat niet zo nodig te etaleren. Het gaat om de muziek, niet om het ego van de muzikant. Dat is ook wat het nieuwe album biedt: tien improvisaties die zijn ontstaan puur uit liefde voor geïmproviseerde muziek, voor de zoektocht naar nieuwe klanken, een nieuw geluid en nieuwe manieren om het instrument te bespelen. Enkele referenties naar Tonus, het project waarin Serries het minimalisme verkent, zijn waar te nemen in de muziek op dit solo-album, maar merendeels gaat het om bedrijvige improvisaties die wegdrijven van dat minimalisme.
Opener ‘Axis’ is daar een goed voorbeeld van, beginnend met een paar tonenreeksen en een rol voor stilte. De klankkast mag zijn werk doen en de tonen mogen doorklinken, iets wat bij Serries als vrije improvisator niet altijd gebeurt. De muziek beweegt zich in oneven bewegingen voort, er is geen vaste ritmiek, evenmin als een vaste melodielijn, maar beide aspecten zijn wel aanwezig, op een bijna recalcitrante manier en zonder dat je er vat op krijgt. Mooi zijn ook het spel met hoge tonen en de rommelige omgeving waarin die klinken in ‘Grid’. De zoektocht is duidelijk en de muzikale verkenningen zijn prachtig om te horen. Door de heldere weergave komt de dadendrang optimaal tot zijn recht.
Serries’ combinatie van afknijpen en laten doorklinken van tonen komt in diverse stukken tot uiting en ook dat is mede te danken aan de sublieme sound van het album. Nauwkeurige beluistering van de muziek van de gitarist was niet eerder zo eenvoudig: elk klein geluid is hoorbaar en met de ogen dicht is het niet moeilijk om een voorstelling te maken van hoe de handen en vingers van Serries over de snaren bewegen. Voor aangenaam getokkel ben je natuurlijk aan het verkeerde adres, maar wat de Belg doet is veel spannender: in hortende, haperende en hakkelige bewegingen de muzikale schoonheid ontdekken. Die is er zelfs, of misschien wel juist in een stuk met veel afgeknepen klanken als ‘Overlap’ of in de schrapende geluiden van ‘Factor’. Spannend is het fluisterzachte laatste gedeelte van ‘Sketch’, inclusief subtiele tikken op de klankkast.
Met slechts één instrument, één microfoon en zonder ook maar de kleinste neiging om groot uit te pakken, is Solo Acoustic Guitar Improvisations I een muzikaal rijk album. Het is een ontdekkingstocht met klanken, bewegingen en technieken. Daarnaast is het onmiskenbaar Serries die met zijn originele ingevingen een eigen muzikale wereld schept, deze keer geholpen door het optimale geluid. Als improvisator klonk de gitarist niet eerder zo goed.