Wormer Bros., 2020

De in Kenia geboren maar in Engeland opgegroeide Ajay Saggar was eerder te vinden in Dandelion Adventure en later in onder meer The Bent Moustache. Met Donkey maakt hij de albums I Ain’t Yer House-Nigger en Stroke My Wings Gently, twee erg onderschatte albums waarin onder andere rock, punk, drum ‘n’ bass en dub op eigenzinnige wijze werden vermengd. Ook was Saggar actief als geluidsman voor onder andere Dinosaur jr., Lou Barlow en Múm. Vanaf 2013 is hij de drijvende kracht achter King Champion Sounds, een band die muzikale invloeden uit verschillende windstreken laat doorklinken in een eigen sound. Met zangeres Merinde Verbeek vormt Saggar het duo Deutsche Ashram, dat een wat grillige mix van indierock en dreampop maakt.

Saggar heeft kortom een hele muzikale geschiedenis achter de rug. Toch verscheen in juni van dit jaar pas het eerste album waarop hij solo te horen is, onder de noemer Bhajan Bhoy. Op Bless Bless kiest hij voor een dromerige aanpak met invloeden uit shoegaze, psychedelische muziek, ambient en oosterse muziek (denk aan Indiase raga). Niet lang na zijn solo-debuut komt Saggar met een ep, getiteld That Summer Oh Creator! EP. Daarop zijn ingrediënten van Bless Bless te herkennen in twee stukken, die echter toch een iets andere muzikale koers varen dan de meeste stukken op het album.

‘For Robbie Basho’ schreef Saggar op basis van de levensgeschiedenis van de Amerikaanse zanger, gitarist en pianist Robbie Basho (1940-1986). Het stuk opent met een paar door elkaar lopende, heldere gitaarlijnen die met de nodige galm worden weergegeven. Een melodieuze baslijn wordt toegevoegd en later ook een basic baslijn en andere geluiden die het stuk een wat oosterse sfeer geven. Zo ontstaat een meditatief werk dat bestaat uit louter bewegende delen. Dat duurt echter niet lang, want na zo’n drie minuten gaat Saggar over op mysterieuze – waaronder licht percussieve – klanken. Daar voegt hij een gruizige gitaar en links en rechts om je heen galmende klanken aan toe. De vreedzame en positieve sfeer maakt plaats voor een wat wrevelige muzikale omgeving. Dat is een intrigerende omgeving waarin nog wel iets van de positiviteit van het begin is terug te vinden, maar nu verscholen achter grimmiger klanken.

‘Pinecone’ heeft Saggar opgenomen in de studio van Kat Bornefeld (The Ex) en Olivier Rijcken in Kyllburg, een klein dorpje dat op slechts een kilometer ligt van de camping waar Saggar tijdens zijn zomervakantie verbleef. Volgens hem is het stuk een weerspiegeling van de gemoedstoestand en de omgeving waar hij zich op dat moment bevond. Veldopnamen van vogels krijgen gezelschap van een ontspannen motief op akoestische gitaar. Het geeft een sereen gevoel, waar met keyboardklanken en galm een nieuwe dimensie aan wordt gegeven. Een al even ontspannen baslijn duikt her en der op. Net als in ‘For Robbie Basho’ bouwt Bhajan Bjoy het stuk kalm op, maar de muziek klinkt veel relaxter, hoewel met kietelende elektronische geluiden ontregeling plaatsvindt. Mooi is hoe Saggar de algemene stemming constant houdt terwijl de muziek ook steeds aan verandering onderhevig is en zelfs enkele futuristische elementen bevat, die wonderwel samengaan met de opgenomen natuurgeluiden.

De twee stukken op That Summer Oh Creator! EP nemen bij elkaar circa zeventien minuten in beslag en zijn een welkome aanvulling op het fraaie debuutalbum. De muziek is gelaagd, inventief, steeds in beweging en schept een mooie sfeer die ervoor zorgt dat je de muziek rustig achterover leunend over je heen kunt laten komen en zowel de rust als de muzikale diepgang ervaart. Erg mooi.

That Summer Oh Creator! EP bandcamp