Clean Feed, 2020

“Laat deze Noren nog maar vaak dezelfde soort plaat maken”. Zo eindigde de Opduvel-recensie van Avant-Garde Party Music, het vorige album van Cortex. De op Ornette Coleman/Don Cherry-leest geschoeide jazz van het kwartet uit Noorwegen beviel zo goed dat meer van hetzelfde geen bezwaar zou zijn. Nu is er Legal Tender, net als de voorganger verschenen bij het Portugese toplabel Clean Feed, en daarop klinkt het viertal vertrouwd.

Cortex bestaat uit Thomas Johansson (trompet), Kristoffer Berre Alberts (saxofoon), Ola Høyer (contrabas) en Gard Nilssen (drums). Laatstgenoemde heeft Cortex inmiddels verlaten en met Dag Erik Knedal Andersen is voor hem inmiddels een adequate vervanger gevonden. Nilssen is nog wel te horen op het album, waarop de sterke troeven van het kwartet weer goed uit de verf komen.

De sound van Cortex is open, soms zelfs kaal, door het ontbreken van een akkoordeninstrument als piano of gitaar. Dat geeft de muziek lucht en bovendien ontstaat ook een droge sound die vooral wordt veroorzaakt door de hechte ritmesectie. Daarnaast zijn de eenvoudige maar doeltreffende thema’s van Johansson een pluspunt. Overigens levert ook Høyer in de vorm van ’10-4′ een compositie aan op dit album. Johansson en Alberts zijn daarnaast begenadigde solisten die traditionele elementen uit de jaren 50/60 (denk The Shape of Jazz to Come) koppelen aan een eigentijds gevoel voor klankkleur, melodie en ritme. Het zijn deze aspecten in de muziek van Cortex die de muziek een feest maken om naar te luisteren. Het wordt niet voor niets “avant-garde party music” genoemd.

Toch is er ook ruimte voor enige contemplatie. Zo is opener ‘Anthem For The Uneasy’ een muzikaal reflecterend stuk, met een traag en uitgestrekt thema. Weerwerk komt van de rollende drums van Nilssen. Zodra de solo van Alberts wordt ingezet, komt het speelse element van Cortex naar voren: de saxofoon zwiert al improviserend door het stuk, de bas loopt in vrije bewegingen rond en de drums zijn werkelijk overal. Slotstuk ‘Loose Blues’ is langzaam, ingetogen en bedachtzaam en wordt opgesierd met een fraaie solo van Nilssen met een hoofdrol voor bekkens en toms. Daarna volgt nog een verrassing in de vorm van een mystery track.

Waarmee we aanbeland zijn bij de vlottere en – zeker op het eerste gehoor – speelser klinkende stukken op het album, die mooi zijn ingeklemd tussen de opener en de afsluiter. ‘Standby’ is niet alleen gezegend met een prachtig, door Johansson en Alberts unisono gespeeld thema, maar ook met een aanstekelijke ritmiek waarin Høyer en Nilssen elkaar perfect aanvoelen en zij allebei naar vrijheid zoeken zonder het kader echt los te laten. Het zeer Ornette-achtige thema van ‘GTM’ is kwiek en snel en dat laatste geldt ook voor het tempo van het eerste gedeelte, waarin Johansson voor het eerst als solist als solist te horen is (‘GTM’ is het derde stuk op het album). In het tweede gedeelte wordt overgeschakeld naar midtempo en mogen Alberts en Nilssen soleren. Mooi is hoe het thema wordt aangepast of opgedeeld.

Het motief van ‘I-95′ heeft een melancholiek randje, al is het een levendig stuk met een stevige rol voor de ritmesectie en een gloedvolle solo van Johansson. De trompettist opent ’10-4’ met een experimentele solo met onder andere zuigende en sputterende geluiden. De andere hoogtepunten in dit stuk zijn de frasen waarin Johansson en Alberts tegelijkertijd hun solistische kwaliteiten etaleren. Ritmisch is het stuk complexer dan de andere nummers op Legal Tender. ‘Blue Gromka’ opent met een geplukte bassolo van Høyer en mondt uit in een relaxt thema en een lome groove in een aangenaam tempo. De trompet- en saxsolo zijn de improvisatorische kers op de taart.

Cortex doet op Legal Tender waar het kwartet goed in is. De verschillen met de voorganger zitten in de details, niet in de grote lijnen. Het levert opnieuw een mooi en bezield jazzalbum op dat ondanks het ontbreken van echte verrassingen opvallend vaak draaiend in de cd-lade te vinden is. Vertrouwde kwaliteit noemt men zoiets.

Legal Tender bandcamp

Cortex website