Relative Pitch, 2020

Anderhalf jaar geleden verscheen van de Noorse experimentele rockband MoE en altsaxofoniste Mette Rasmussen het album Tolerancia Picante, een manmoedige poging om de grens tussen noiserock en freejazz te slechten. MoE en Rasmussen hadden daarvoor al in Mexico en China getourd. De samenwerking krijgt nu een vervolg met het nieuwe album Painted. Dat is een logisch gevolg van een nieuwe tour, nu door Japan, waarin de Noren en de Deense saxofoniste gezelschap kregen van belangrijke muzikanten uit de Japanse improvisatiescene.

Een van hen was drummer en percussionist Ikuro Takahashi en dat is niet de eerste de beste. Hij was in de vroege jaren tachtig al te vinden in de psychedelische underground en speelde in groepen als Fushitsusha, High Rise, Kousokuya, Maher Shalal Hash Baz, Ché-SHIZU, Nagisa ni te, LSD March en Gu-N. Sinds 2000 vormde hij onder de naam Anoyo No Dekigoto een project samen met Butoh-danseres Yoko Muronoi (die helaas in 2017 overleed). Takahashi was in dat project met elektronica in de weer. Sinds 2007 runt de Japanner zijn eigen label Galleria Zarigania.

Bleek op Tolerancia Picante al dat MoE en Rasmussen een ‘match made in heaven’ zijn, voeg er een Japanse meesterdrummer aan toe en je hebt een overtreffende trap. Takahashi past met zijn afwisselend vrije, subtiele, krachtige en experimentele drumstijl perfect bij de scheve noiserock van MoE (Guro Skumsnes Moe op bas en vocalen en Håvard Skaset op gitaar) en het sublieme altsaxspel van Rasmussen. De grenzen tussen improvisatie en compositie worden verkend en opgerekt, waarbij de muziek al improviserend tot stand lijkt te zijn gekomen en slechts een paar handwijzingen het compositorische gedeelte vormen.

Painted overtroeft zijn toch niet misselijke voorganger op alle fronten. De energie en de speelvreugde spatten van de muziek af. Die muziek is in grote mate fel en ‘in your face’ en kenmerkt zich door de losse structuur, waardoor voor alle vier de muzikanten ruimte bestaat om er vol voor te gaan. Tegelijkertijd. Niets ligt helemaal vast en het kwartet bewandelt een dunne lijn tussen noiserock en freejazz, soms overhellend naar de ene en dan weer naar de andere kant, maar vaker uit beide genres tegelijk puttend.

Skumsnes Moe is een beest op haar basgitaar, die stevig ronkt en hard rockt en een enorme elektrische lading geeft aan de muziek. Vocaal laat Skumsnes Moe zich zo nu en dan ook gelden: knarsend, gillend en geïmproviseerde kreten slakend. Skasets gitaar weeft lawaaiige patronen, klinkt bij tijd en wijle messcherp en vormt een dynamisch en gewaagd tegenwicht tegenover het basspel van Skumsnes Moe en het saxspel van Rasmussen. Laatstgenoemde leeft zich helemaal uit en moet wel over een paar ijzeren longen beschikken. Mooi is hoe de Deense in alle kakofonie een goed gevoel voor melodie ten toon blijft spreiden zonder dat dit ten koste gaat van de stootkracht. Soms is er ruimte voor een experimentele solo, zoals in het begin van ‘Don’t Quarrel’.

Takahashi is overal, laat zich door alle drukte om hem heen niet imponeren en mept zich manmoedig door de felle klanken van het Europese drietal heen, daarbij de tomeloze energie verder aanwakkerend. In de zeven stukken die Painted telt is er vaak geen houden aan en wordt het ene kakofonische spektakel op het andere gestapeld. Toch is er wel degelijk ruimte voor nuance, zowel in die turbulente passages als in meer ingehouden momenten, die echter altijd een flinke dosis spanning bevatten.

Een goed voorbeeld daarvan is het eerste gedeelte van het afsluitende titelstuk: de spanning is daarin om te snijden, alsof je in een donkere steeg loopt waarin van achter elke hoek en elk stuk straatmeubilair een overvaller kan schuilen die op elk moment kan toeslaan. Verderop in het stuk wordt de muziek meer ingevuld en gaat de beeldspraak niet meer op. Het spel is hoekig en de structuur iets minder los dan in de andere tracks.

Hoogepunt van het album is het bijna zeventien minuten in beslag nemende ‘Echo Will You’, waarin MoE, Rasmussen en Takahashi een masterclass geven in het opbouwen van spanning. Dat gebeurt op een opwindende wijze en telkens als je denkt dat de intensiteit niet nog verder opgeschroefd kan worden, gaat het viertal toch nog een stap verder. Tegen het einde bezwijkt het hele muzikale bouwwerk bijna onder zijn eigen gewicht: wát een energie en wat een grandioze muziek en herrie.

MoE, Rasmussen en Takahashi weten je met hun onstuimige noiserock/freejazz volledige te overrompelen en gedurende de volle 53 minuten is het genieten van muziek die vrij is als een vogel en aanvallend als een hongerige leeuw. De tomeloze energie en het opwindende spel zorgen voor een niet minder dan sensationeel album. Zoals gezegd: een overtreffende trap.

Painted bandcamp