Abraxan Hymns, 2019
Doodvermoeiend. Dat is het woord dat blijft hangen na het beluisteren van het nieuwe album van Baroness. De band doet zichzelf de das om door een veel te luide mix en een gebrek aan kieskeurigheid. Gold & Grey had wellicht in de buurt kunnen komen van de sterke vorige platen, maar faalt jammerlijk, terwijl de meeste songs op zich staan als een huis.
Baroness, dat het album zelf produceerde samen met Dave Fridmann, heeft gemeend een ongemeen hard geluid neer te moeten zetten waarin elke transparantie gesmoord wordt. De fraaie gitaarpartijen, zware bas, inventieve drums en fijnzinnige toevoegingen: het klinkt allemaal extreem luid en in your face. Nu is Baroness natuurlijk een harde band, waarvan het vorige album ook erg hard afgemixt was, maar dit is over de top. Waar op Purple (met ook Fridmann achter de knoppen) nog plaats was voor dynamiek, wordt die nu bijna volledig weggevaagd.
Dan het punt van kieskeurigheid. Baroness is een band die zich ontwikkelt en daar is op zich niets mis mee. Op Yellow & Green pakte de experimenteerdrift een paar keer verrassend goed uit. Op Purple werden de experimenten weer beperkt ten faveure van harde rocksongs met een kop en een staart, maar op Gold & Grey pakt de band de grensverleggende draad weer op. Prima, maar het resultaat is niet altijd overtuigend.
Een experiment op het randje is altijd goed, eroverheen foute boel. Dat laatste gebeurt ook niet echt, maar de zoektocht naar nieuwe wegen is meestal niet verpakt in goede songs, maar in korte intermezzo’s, schetsen die die de vaart uit het album halen en vaak ook maar half geslaagd zijn. Een uitzondering is ‘Can Obscura’, een energiek en spannend stuk waarin op fraaie wijze wordt gestoeid met synths. Verder lijdt vooral de tweede helft van het album aan stuurloosheid door het te grote aantal intermezzo’s. Slotakkoord ‘Pale Sun’ is gewaagd, maar dromerig en stroperig tegelijk. Hulde voor het experiment, maar is het ook geslaagd? Mwah.
Is Gold & Grey dus een slechte plaat? Dat toch ook weer niet. Songs als het met fraaie gitaarlicks gelardeerde ‘Borderlines’, het ritmisch prachtige ‘I’m Already Gone’, het mooi opgebouwde ‘Cold-Blooded Angels’ en het na een rustig intro stomende ‘Tourniquet’ behoren, ondanks de luide mix, tot Baroness’ betere songmateriaal. Echte klassiekers als ‘Isak’, ‘Chlorine & Wine’, ‘March To The Sea’, ‘A Horse Called Golgotha’ of ‘Board Up The House’ zijn het niet, maar het komt in de buurt.
Positief is ook dat gitariste Gina Gleason een aanwinst blijkt. Zij stapt in de voetsporen van de na het vorige album opgestapte Pete Adams en dat gaat haar verdomd goed af. Niet alleen is haar gitaarspel, zeker in combinatie met dat van John Dyer Baizley, indrukwekkend, maar ook vocaal blijkt zij een versterking. Van die laatste bewering vormen ‘Tourniquet’ en ‘Cold-Blooded Angels’ het beste bewijs, maar ook elders op het album is de vocale inbreng van Gleason op de achtergrond een verrijking. Dyer Baizley is geen wereldzanger dus enige ondersteuning is welkom. Van echte subtiliteiten heeft de zanger/gitarist geen kaas gegeten, maar toch weet hij een paar keer opvallend ingetogen uit de hoek te komen.
Niet alle nummers zijn even sterk. Baroness is een band die vooral imponeert met de kracht die het kan ontwikkelen, het fabuleuze gitaarspel en de gespierde maar ook vernuftige ritmesectie. Met die drie elementen zit het wel snor. Wanneer het aankomt op echt memorabele melodieën en pakkende hooks, laat de band het wel eens afweten. Dat geldt bijvoorbeeld voor ‘Broken Halo’, dat qua melodie erg magertjes uitpakt en vooral drijft op een niet erg opzienbarende riff.
Resumerend: Gold & Grey is een behoorlijk Baroness-album, maar behoort niet tot het beste dat de band tot nu toe maakte. Het songmateriaal blijft over de hele linie iets achter bij dat van bijvoorbeeld Purple en de plaat wordt ontsierd door een te groot aantal overbodige intermezzo’s. Wat de muziek echt nekt, is het productionele broddelwerk. Met wat meer nuancering in de mix was er nog niet zoveel aan de hand geweest. Nu rest daardoor teleurstelling, want dit album na afloop nog een keer opzetten, is een opgave.