Kaczynski Editions, 2018

ranter’s groove bestaat uit twee Italiaanse muzikanten, waarvan de een de elektronische kant voor zijn rekening neemt en de ander de elektrische. De elektronische zijde wordt vertegenwoordigd door Niet F-n, die ook muziek maakt onder de noemers ranter’s bay en 23RedAnts. Hij heeft het experiment hoog in het vaandel staan en van zijn hand zijn een flink aantal albums verschenen. Vaak werkte hij samen met Pablo Orza. Vorig jaar liet Niet F-n een uitgave het licht zien in samenwerking met Giuseppe Fantini. Hij vormt de andere helft van ranter’s groove, de elektrische component.

Die eerdere samenwerking was overigens onder de noemer zero23, een samenvoeging van 23RedAnts en zerogroove, de noemer waaronder Fantini muziek uitbrengt. Fantini is een experimenteel gitarist met een voorliefde voor ritmiek, getuige zijn Beatings Broken Guitars Vol. 1 & 2, die zes jaar geleden zijn uitgebracht. Daarnaast is Fantini oprichter van Kaczynski Editions, het label waarop musica per camaleonti is verschenen.

De voorgaande twee alinea’s geven een zeer beknopte en tekortschietende beschrijving van de twee muzikanten, maar het gaat hier om de laatste uitgave en die verdient alle aandacht. Als ranter’s groove maken de Italianen muziek door geluiden die door een laptop worden gecreëerd en gemanipuleerd te laten vergezellen of onderbreken door spel op de elektrische gitaar. Daarnaast worden hier en daar andere instrumenten (cello, trompet, piano, geprepareerde gitaar) ingezet.

Het resultaat is experimentele muziek die zich niet in een hokje laat vangen en ergens tussen abstract en melodisch in hangt. De muzikanten laten ruimte open, schetsen als het ware met hun instrumenten. Doordat niet alles is ingevuld, laat de muziek wat aan de verbeelding over. Niet F-n en Fantini doen aan geluidsonderzoek door middel van subtiel experiment, ontdaan van elk effectbejag, puur uit nieuwsgierigheid en leergierigheid als het gaat om nieuwe muzikale mogelijkheden.

Daarbij houden zij het klein, voor grote uitspattingen is geen plaats. De muzikale verkenningstocht wordt met lef ondernomen, maar vindt plaats binnen een beperkte bandbreedte. Dat voorkomt dat de muziek alle kanten uitwaaiert en een album ontstaat waarop de coherentie ver te zoeken is. De muziek klinkt elektronisch en elektrisch, maar met name door de inbreng van de akoestische instrumenten is er ook warmte. Daarnaast is de muziek rustig, bedachtzaam, niet beantwoordend aan de eisen van het jachtige bestaan, maar ook niet per se bedoeld om te onthaasten.

In opener ‘i bastardi’ worden lange elektronische klanken gelardeerd met een post-rockachtig motief van de elektrische gitaar. Even later zorgt een cello, gespeeld door Macarena Montesinos, voor een stemmige toon. Allerhande geluiden omringen de muziek, als contrast en als verstorende factor. Er lijkt zelfs met voorwerpen te worden gegooid. Ondertussen voltrekt de muzikale tocht zich in een rustige cadans. ‘through the gate’ kent ook van die verstorende geluiden, maar nu zijn die lichter van toon en treden ze meer op de voorgrond, vormen ze meer een onderdeel van de muziek die door de elektrische gitaar in toegankelijk vaarwater wordt geleid. De elektronische vondsten zijn ondoorgrondelijk maar speels.

De kalmte van de muziek is steeds schijn, want in elk stuk zijn er onrustige factoren. ‘ade’ volgt een beetje hetzelfde stramien als ‘i bastardi’, maar onderscheidt zich door een fluisterstem die opduikt. De geluiden die met de laptop worden gecreëerd zijn welhaast onbegrensd, maar worden gedoseerd en met precisie ingezet. Door omgevingsgeluiden lijkt ‘ade’ buiten te zijn opgenomen. In ‘technical slavery’ wordt op fantasierijke wijze met geluid geëxperimenteerd, niet alleen door de elektronica maar ook door de inbreng van een geprepareerde piano (gespeeld door Francesco Mariano). Langste stuk is ‘1943 Gdansk tone’, een somber getoonzet en mooi opgebouwd stuk, inclusief menselijke stemmen en omgevingsgeluiden, dat bewijst dat ranter’s groove in hun experimenteerdrift het gevoel niet uit het oog verliest.

Meest toegankelijke stuk op musica per camaleonti is ‘Bobby Beausoleil and the Lucifer’s rising’, met ten opzichte van de overige tracks wat optimistischer patronen van de gitaar en behoedzame maar warme klanken van de trompet van Paolo Bedini. Bewerkte vocalen en geprepareerde gitaar (Pablo Orza) zijn een belangrijk onderdeel van ‘b-ray vibes’, dat een wispelturig karakter heeft. De heldere gitaarlijn van Fantini houdt de boel bij elkaar. Slotstuk is ‘your sleep/my wild side’, dat melancholiek van toon is en waarin het zelfs regent. Een simpel gitaarmotief en een paar essentiële noten van de trompet vormen de rustige kant van het stuk, terwijl de elektronische klanken onrust creëren, zonder aan de langzame, kalme cadans afbreuk te doen.

De muziek die ranter’s groove op musica per camaleonti brengt, klinkt op het eerste gehoor gecontroleerd en gelijkmatig. Dat is deels schijn, want binnen de beheerste context wordt een avontuurlijke muzikale wereld geschapen. Rust en onrust gaan hand in hand, zitten elkaar niet in de weg maar vullen elkaar aan, ook als sprake is van contrastwerking. De muziek is origineel en ongrijpbaar en wordt met veel gevoel uitgevoerd. Het is muziek die je langzaam in haar macht neemt en vervolgens niet meer loslaat.

musica per camaleonti bandcamp

Niet F-n website

Kaczynski Editions website