Shhpuma, 2018

Ooit studeerde hij jazzgitaar aan het conservatorium in Arnhem, maar componist/gitarist Jeroen Kimman stippelt zijn muzikale wegen al enige tijd uit vanuit Amsterdam. Nu heeft die stad een bloeiende jazzscene en daarbinnen vindt Kimman zijn weg ongetwijfeld als hij dat wil. Met zijn eigengereide muziek is hij echter toch een buitenbeentje. En dat geldt niet alleen voor de jazzscene, want wat de gitarist doet is niet makkelijk in een genre te plaatsen.

Kimman speelde onder andere in/met het Rosa Ensemble, Brown vs Brown, Sleep Gunner, So Horse, Megasubtiel, Ensemble MAE, het Doelen Ensemble, het Radio Filharmonisch Orkest, het Nederlands Blazers Ensemble, Roomtone, PumpOrgan, David Kweksilber Big Band en Poppin’ Chops. In die uiteenlopende grotere en kleinere gezelschappen (en soms solo) heeft hij verschillende muzikale werelden verkend, variërend van jazz tot mathrock.

Als Orquesta Del Tiempo Perdido brengt Kimman nu de cd Stille uit. Het lijkt erop alsof de componist/gitarist alle invloeden die hij als muzikant heeft ondergaan heeft opgezogen, erop heeft gekauwd, en die nu weer uit zijn lijf spuwt, waarbij de muzikale ingrediënten zijn samengeklonterd tot een geheel nieuwe substantie. De muziek van Kimman is eigenwijs. Stronteigenwijs. En de muziek op Stille lijkt overal en nergens op.

Orquesta Del Tiempo Perdido mag dan geheel Kimman zijn ding zijn (hij is verantwoordelijk voor alle composities en speelt een hele rits instrumenten), helemaal zonder hulp doet hij het niet, want in verschillende tracks duiken muzikanten op uit de Amsterdamse creatieve muziekscene. Alle componenten bijeen zorgen voor een zeer kleurrijk album, dat soms knotsgek en gestoord overkomt.

Die laatste twee kwalificaties zijn even waar als onrechtvaardig. Ze doen namelijk niet helemaal recht aan de muziek, omdat die veel meer behelst dan muzikale gekte alleen. Muzikale stijlen en invloeden als jazz, experimentele elektro-akoestische muziek, math-rock, pop, niet-westerse folklore, exotica en vaudeville worden kriskras door elkaar gebruikt. De muzikale inhoud is groot en tegelijkertijd klinkt de muziek toegankelijk. Op een volstrekt eigen wijze, maar toch.

Kimman houdt zijn muziek speels terwijl hij complexiteit ook niet uit de weg gaat. Fraai is hoe wordt gespeeld met ritmiek en melodie. In ‘Shawty’, bijvoorbeeld, lijkt het ritme langzamer te willen gaan dan de klarinetmelodie (gespeeld door Michael Moore). Of is het andersom? Ritme en melodie lijken aan elkaar te ‘hangen’. Verderop, in ‘Jive Mandolin’, zijn twee melodieën tegelijk te ontwaren, die door elkaar heen klinken en elkaar net niet dwarszitten. De muziek wringt steeds lichtjes, voldoet niet aan wat je oren gewend zijn en daardoor zet het orkest je steeds op het verkeerde been.

De speelse muzikale aanpak die wordt gehanteerd, zou ertoe kunnen leiden dat de muziek tot een gimmick verwordt, te vrolijk of zelfs flauw gaat klinken. Die valkuil wordt door Kimman omzeild. Alleen in ‘Zen In Tummy’ wint de meligheid het van de muzikale inhoud door de stemmetjes die worden gebruikt voor de woordloze zang. Dat is jammer, want zonder die vocalen zouden de heerlijk ontregelende geluiden veel beter tot hun recht zijn gekomen. Na die track haalt ‘Cross’ de vaart er helemaal uit, maar dat stuk heeft wel een fascinerende onderhuidse spanning.

En is bovendien de opmaat voor het knotsgekke ‘Hillyrock 2: Fricchettone’, dat klinkt als een doldraaiende draaimolen waarin alles op een hoop wordt gegooid. In ‘A Merlefriend Solid’ wordt een zware ritmische ondergrond gecombineerd met lichte gitaarklanken, een fijne melodie en rinkelende geluiden. Percussieve geluiden spelen sowieso een belangrijke rol op het album. Zo ook in ‘Poseidon’, waarin ook een repeterend banjomotief is te horen. Het stuk kent een stevig aangezet ritme en een vloeiend daar overheen bewegende lapsteel gitaar (Mark Morse), alsof dat ritme er helemaal niet is.

In opener ‘Scenario’ wordt een gejaagd ritme gekoppeld aan een melodie van trombone (Koen Kaptijn) en fluit (Michiel van Dijk) die daar haaks op staat. Het thema van ‘Blue Train’ roept een (modern) klassieke wereld in gedachten, maar de bijna op kinderlijke wijze speelse invulling daaromheen doet die gedachte snel wegzinken. ‘Strol’ is een net-niet wals, een getikt stuk muziek met een hoofdrol voor de lapsteel gitaar van Kimman.

‘Hills for Seamus’ is de perfecte afsluiter van het album, waarin Seamus Cater schittert op basharmonium. Het stuk heeft een serieuzere ondertoon dan de andere tracks. De klarinetpartij van Anna voor de Wind en de vrij solerende Michael Moore op altsax mogen niet onvermeld blijven. De slottrack bouwt intensiteit op achter de vastomlijnde melodie en breekt open zodra het slagwerk invalt.

Stille van Orquesta Del Tiempo Perdido is een volstrekt origineel album, propvol speelse muzikaliteit, gebracht met veel gevoel voor melodie en ritme. De muziek heeft bovendien een positieve vibe en werkt gegarandeerd stemmingverhogend. Heerlijke plaat.

Stille bandcamp

Jeroen Kimman website

Orquesta del Tiempo Perdido – Scenario from Jeroen Kimman on Vimeo.

 

Orquesta del Tiempo Perdido – Strol from Jeroen Kimman on Vimeo.