Jansen, 2018
Een tussendoortje uitbrengen en bovendien eentje zonder één nieuwe song. Dat is vragen om kritiek. De ep Jamais Vu van Torgeir Waldemar voldoet aan de criteria voor een welgemeende schrobbering, maar het resultaat is zo intrigerend dat de voorgenomen kritiek wordt ingeslikt. Hoe flikt de Noorse troubadour dat? Eenvoudig: de songs zijn zo sterk, dat die in een uitgeklede of juist aangeklede versie fier overeind blijven.
Waldemar bracht tot nu toe twee albums onder zijn eigen naam uit, het titelloze debuut uit 2014 en de vorig jaar verschenen opvolger No Offending Borders. Waar het debuut een ingetogen, veelal akoestische muzikale aanpak laat horen, is dat op de opvolger anders; de langzame melancholieke nummers worden afgewisseld met een paar stevige rockers. Dat is niet verwonderlijk als je bedenkt dat Waldemar ervaring heeft in harde rockbands als The Devil And The Almighty Blues.
Op Jamais Vu worden de rollen omgedraaid, in die zin dat de elektrische songs van No Offending Borders een akoestische bewerking krijgen en de akoestische songs van Torgeir Waldemar een elektrische. Oude wijn in nieuwe zakken, zou je kunnen zeggen, maar in dit geval is dat bedoeld zonder negatieve connotatie. Voor Waldemar is het spelen van songs in een andere uitvoering geen unicum, want zowel live als in de studio is hij daar constant mee bezig. Wellicht gaat het bij al zijn songs steeds om werk in uitvoering, maar wat op geluidsdrager wordt vastgelegd, geeft niet die indruk.
Daarvoor klinken de songs te uitgewerkt, lijkt niets aan het toeval te worden overgelaten. Tegelijkertijd blijven de nummers toch een zekere spontaniteit behouden. Dat komt mede doordat Waldemars songs geen technisch perfecte uitvoering meekrijgen. Zo is de singer-songwriter geen grandioos zanger; hij zit soms tegen het valse aan, wat vooral in ‘Sylvia (Southern People)’ goed te horen is. Erg is het niet. Eerder het tegenovergestelde, want Waldemar is een vocalist met persoonlijkheid die volstrekt geloofwaardig overkomt.
Als je oude nummers in gewijzigde vorm uitbrengt, is de onvermijdelijke vraag: halen de nieuwe versies het bij de oude? Het gekke is dat die vraag in het geval Torgeir Waldemar niet zo interessant is. Geen enkele van de nieuwe versies doet afbreuk aan het origineel en het is een kwestie van persoonlijke voorkeur of de elektrische of de akoestische versie wordt geprefereerd. De Noor heeft zich er in ieder geval niet te makkelijk vanaf gemaakt. De twee elektrische songs, ‘Streets’ en ‘Take Me Home’, zijn duidelijk met zorg en uitgebreider gearrangeerd. Gelukkig worden ze ook lekker rauw gespeeld, wat zeker geldt voor het uitgesponnen ‘Take Me Home’.
De akoestische songs op Jamais Vu zijn overigens niet zover uitgekleed dat slechts een sobere begeleiding van akoestische gitaar resteert. Er is ook ruimte voor strijkers, piano, banjo, accordeon en achtergrondzang. Mooi is hoe de melodieën in de akoestische setting nog beter tot hun recht komen dan in de oorspronkelijke versies van ‘Sylvia (Southern People)’, ‘Among The Low’ en ‘Summer in Toulouse’.
Uitverkoop houden is er dus niet bij. Ook al staat er geen nieuwe song op Jamais Vu, geen moment wordt de indruk gewekt dat even een ep in elkaar is geflanst om te cashen. De bewerkingen op de ep tonen eens te meer aan dat Torgeir Waldemar een begenadigd songschrijver is die emotioneel geladen songs maakt zonder vals sentiment. Jamais Vu is een ep met uitstekende en oprechte uitvoeringen van sowieso niet kapot te krijgen songs.