Tombed Visions, 2017
Vorig jaar verscheen op het Engelse Tombed Visions Records de cassette Night Realms van John Dikeman (tenorsaxofoon), Dirk Serries (gitaar) en René Aquarius (drums). Het betrof een op 14 maart 2015 tijdens een concert bij Kunstgroep De Compagnie te Veghel opgenomen, volledig geïmproviseerd stuk dat drone, ambient en freejazz samenbracht en dat op sublieme wijze ruim veertig minuten de aandacht wist vast te houden.
Het schijnt dat de drie heren niet vaak in trioverband spelen, maar ruim een jaar na het verschijnen van de tape doen de muzikanten opnieuw van zich spreken, via hetzelfde label en weer op cassette. Day Realms heet de elf dagen na het concert in Veghel in Kinky Star te Gent opgenomen improvisatie en dat stuk vormt min of meer de tegenhanger van Night Realms. In beide stukken komen de sterke kanten van Dikeman, Serries en Aquarius naar voren, maar de stukken zijn anders van opbouw en het spel van de muzikanten verschilt ook.
Het meest in het oog springend is het opvallend gevoelvolle en melodieuze spel van John Dikeman, die toch bekend staat als een saxofonist die zijn hand er niet voor omdraait om een portie hels kabaal te produceren. Die harde uithalen zijn er wel op Day Realms, maar ze zijn gedoseerd en redelijk spaarzaam. Serries vindt een goede middenweg tussen free jazz-spel en het ambient- en droneterrrein dat hij jarenlang heeft verkend. Dat terrein verkende Aquarius op zijn vorig jaar verschenen solo-cd. Zijn rol lijkt ten opzichte van Night Realms te zijn toegenomen, waarbij de volle sound van zijn drumkit opvalt.
Serries opent niet met een drone maar met vrij spel en dat klinkt in het begin van het stuk opvallend helder. Het gaat samen met hoge klanken. Aquarius’ snare ruist zachtjes, totdat Dikeman ingetogen en melodieus invalt en de drummer zich meer roert met de cimbalen en de basdrum, die opvallend donker en krachtig klinkt. Vrij snel schakelt Dikeman over op zijn bekende agressieve, gierende spel, maar de agressie wordt snel gedempt, om vervolgens weer aan te zwellen. Aquarius speelt snel, zijn voetenwerk is fenomenaal, en Serries en Dikeman spelen door elkaar heen in een furieus gedeelte van het stuk.
Na tien minuten is het volle bak van alle drie de muzikanten, waarbij vooral de gitaarnoise opvalt; het is niet Dikeman maar Serries die voor het meeste muzikale geweld zorgt, ondersteund door de donderende drums van de zeer bedrijvige Aquarius. De sax van Dikeman gaat in deze fase niet zozeer voorop, maar gaat op in de furie die door de twee andere muzikanten wordt gecreëerd. De climax ligt rond de dertiende minuut, waarna Aquarius soleert met bekkens, af en toe onderbroken door harde slagen op toms en basdrum. Serries begeleidt tegendraads en neemt langzaam maar zeker de overhand. Dikeman is de man die de gemene accenten legt; Serries en Aquarius zijn de gangmakers.
Na ruim achttien minuten is het Dikemans beurt voor een lange solo met veel gevoel en melodie. Als luisteraar heb je wel steeds het gevoel dat de geweldsuitbarsting nog moet komen. Hij houdt het voor het grootste deel echter subtiel en dat benadrukt zijn fijne gevoel voor melodie. Aquarius begeleidt met rollend spel op de toms, die hij bespeelt met mallets. Serries is nu degene die op beperkt volume accenten legt en later een drone produceert. Die in intensiteit toenemende drone en de voortdenderende drums werken hypnotiserend, terwijl Dikeman de sterren van de hemel blaast.
Tegen het half uur wordt het zwaartepunt verlegd. Aquarius soleert met ruisende bekkens en zijn nog steeds rollende spel op de toms en basdrum. De constante drone is verdwenen en Serries speelt nu met beweging. Dat spel heeft ook een hypnotiserend effect en het roept bovendien spanning op. Dikeman valt opnieuw opvallend melodieus in, met veel emotie in zijn spel, in dit rustige gedeelte van het stuk. Aquarius gaat van zijn spel als aanjager over in het leggen van accenten. Dikeman blijft in zijn lyrische bui hangen. Pas tegen het einde, als Serries bijna ongemerkt toch weer is overgegaan tot het leggen van een drone, haalt de saxofonist giftig uit, wat voor Aquarius het teken is om ook wild om zich heen te slaan. Als Serries dan ook nog eens op standje noise gaat, is de heksenketel compleet. Wat een climax!
De tweede op geluidsdrager vastgelegde set van het trio Dikeman Serries Aquarius doet in niets onder voor het vorig jaar verschenen Night Realms, dat overigens op kant B van de cassette is te vinden. Zo krijg je twee prachtige stukken vrije improvisatie voor de prijs van een. Beide stukken klinken spannend, bezield en intens. Avontuurlijke muziek van drie bevlogen muzikanten. Prachtig.