Extase, 013 (Green Room & Main Stage) & Patronaat, Tilburg
Zaterdag 22 april 2017
De derde dag alweer en de eerste vermoeidheidsverschijnselen zijn daar. Opgeven is er uiteraard niet bij. Niet alle persoonlijke keuzes op de Roadburn-zaterdag pakken goed uit, maar er is één absoluut hoogtepunt dat elke teleurstelling doet vergeten.
Woe (Extase)
De dag begint met een black metal-act die van wanten weet. Het uit Brooklyn afkomstige kwartet Woe weet razendsnelle black metal te combineren met invloeden uit rock, heavy metal en death metal, waardoor de muziek tussen de snelle stukken door ademt en lekker rockt. De hoofdmoot blijft echter black metal; de andere stijlinvloeden overheersen niet. Zanger/gitarist Chris Grigg’s vocalen klinken rauw en agressief en dragen bij aan een prima optreden van deze band, die onlangs het sterke vierde album Hope Attrition uitbracht.
Gnod vs Kuro (Green Room)
Wat daarna gebeurt in de Green Room is pure magie. Twee acts die gisteren al voor hoogtepunten zorgden, Kuro en Gnod, bundelen vandaag de krachten en wat dat oplevert grenst aan het ongelooflijke. Het begin is voor Kuro. Violiste Agathe Max start alleen en legt een drone. Even later volgt haar kompaan Gareth Turner, die de drone zwaarder maakt met zijn spel op elektrische contrabas. Daarna betreden een voor een de leden van Gnod het podium. Aanvankelijk wordt de drone verrijkt met elektronische klanken. Pas zodra de tweede bassist en de drummer zich voegen bij het musicerende gezelschap, ontstaat een onontkoombare cadans, een kloppende hartslag die bijna een half uur blijft slaan en hypnotiserend werkt. Gitaar, elektronica, theremin, tom en bekkens zorgen voor nuance, evenals de boventonen van de viool. Het publiek op de voorste rijen verkeert in een staat van trance, de ogen gesloten en het hoofd meebewegend op de muziek. Gnod en Kuro zorgen voor kippenvel over het hele lijf en tranen in de ogen. Echt waar.
Warning (Main Stage)
Na dat absolute hoogtepunt zou je denken dat Warning alleen nog maar kan tegenvallen, maar dat valt reuze mee. Patrick Walker is tegenwoordig zanger/gitarist van 40 Watt Sun, maar met Warning maakte hij de emodoom-klassieker Watching From a Distance. Walker betreedt het podium voor de soundcheck opvallenderwijs in een bandshirt van Paul McCartney & Wings, en hij is zelf ook een begenadigd zanger en songsmid. In het geval van Warning worden de emotioneel geladen, sombere liedjes echter gedoopt in een bad van zware en trage doom, die soms zelfs naar slowcore neigt. De nummers nemen de tijd om zich te ontvouwen, volgen allemaal min of meer hetzelfde stramien, maar de pure schoonheid en fraaie melancholie die de nummers uitstralen, maken dat de eenvormigheid en de wat saaie presentatie de band snel worden vergeven.
Wear Your Wounds (Patronaat)
Vorig jaar mocht Converge twee keer aantreden tijdens Roadburn en dit jaar keert zanger Jacob Bannon terug in Tilburg, nu met zijn band Wear Your Wounds. Met die band maakt Bannon muziek die je als post-rock zou kunnen omschrijven. Het concert in het Patronaat blijkt nogal wisselvallig. Met name in het begin komt de band niet goed over. Het geluid is een brij en de nuance gaat verloren. In het tweede nummer zorgt onder andere gebruik van een dubbele basdrum ervoor dat de muziek veel te zwaar aangezet klinkt. Daarna vallen de zaken plots wel op hun plaats, maar langer dan twee nummers duurt dat niet. Zo blijft de kwaliteit van het gebodene fluctueren. Bannon blijkt geen groot zanger maar wel een gepassioneerd muzikant en Wear Your Wounds is op plaat zeker de moeite van het beluisteren waard. Live komt het helaas niet helemaal uit de verf.
Ahab (Green Room)
Het Duitse Ahab is een grote speler in het funeral doom metalgenre. Het debuut The Call Of The Wretched Sea uit 2006 staat anno 2017 nog steeds als een huis en vandaag speelt de band dat album in zijn geheel. Een kwartier voor aanvang is het al erg druk in de kleine zaal van 013; Opduvel past er nog net bij, ergens achteraan. De Duitsers spelen hun muziek met overtuiging, dat betekent traag, somber en minimaal. Dat kan op den duur gaan vervelen, en het vergt ook wel wat van het uithoudingsvermogen, maar de sterke nummers kunnen het concert dragen. De grunts van Daniel Droste komen van diep en dat draagt bij aan de aardedonkere sfeer die de muziek oproept.
Aluk Todolo (Green Room)
De verwachtingen zijn hooggespannen voor het optreden van het Franse Aluk Todolo, dat evenals Ahab aantreedt in de Green Room. De band is niet te plaatsen in een standaard metalgenre. Invloeden van krautrock, psychedelische rock, noiserock, doom en black metal zijn te ontwaren en het (gitaar)experiment wordt niet geschuwd. Op plaat klinkt dat verfrissend en vandaag in Tilburg oogst de band ook groot succes bij het in grote getale opgekomen publiek. Maar Opduvel vindt er geen bal aan. Aluk Todolo live betekent dat bas en drums (met opvallend veel bekkens) een repeterende basis leggen waaroverheen de gitarist vrij spel heeft. Shantidas Riedacker gebruikt die ruimte niet voor het spelen van riffs of standaard solo’s, maar speelt experimenteel, daarbij veel gebruik makend van effecten. Daar is op zich helemaal niets mis mee, maar de muziek mist wel een punch en het gitaarspel klinkt vaak strontvervelend. De showelementen, bestaande uit veel rook bij het drumstel en het spelen met een gloeilamp vooraan op het podium, kunnen de muzikale armoede niet verhullen. Datzelfde geldt voor het spel met het effectenbord, zonder gitaar. Maar het applaus aan het einde is groot, misschien ontgaat Opduvel hier iets.
Mysticum (Main Stage)
Aan het slot van de dag wordt gekozen voor het optreden van Mysticum, de industrial black metalband die in 1996 debuteerde en liefst achttien jaar later de opvolger het daglicht liet zien. Een drummer komt er niet aan te pas, het slagwerk komt uit een kastje, en dat zorgt voor de strakke, industriële sound van de band. Live pakken de drie Noren vooral visueel uit. Ieder bandlid staat op een verhoging en de lichtshow, inclusief bewegende beelden op de verhogingen en de backdrop, is spectaculair. Zo spectaculair dat je bijna zou vergeten dat er ook nog muziek gemaakt wordt. De machinale black metal klinkt echter goed, al staat de drumcomputer iets te hard afgesteld. Na verloop van tijd ebt het overdonderende effect van de show weg en dan slaat toch een beetje de verveling toe omdat de muziek weliswaar strak wordt gebracht maar daardoor ook weinig gevoelswaarde heeft.