Trocadero, 2017

Duitstalige bands weten in Nederland maar zelden potten te breken, althans als het om alternatieve muziekgenres gaat. De noiserock van Die Nerven uit Stuttgart doet het wel aardig en de band was al menige keer in Nederland te aanschouwen. HEIM uit Neurenberg wist met hun indierock tijdens de septembereditie van Incubate vorig jaar ook een goede indruk achter te laten, maar dat was in het kleine zaaltje van Cul de Sac.

Het gebrek aan aandacht voor Duitstalige alternatieve popmuziek is niet terecht. Vorig jaar alleen al waren er sterke albums van bijvoorbeeld Isolation Berlin, All Diese Gewalt, Messer en HEIM, maar in Nederland leidde dat niet tot enige aandacht in de pers, een enkele uitzondering daargelaten, en evenmin tot touractiviteiten. Het wordt tijd dat daar verandering in komt, want de Duitstalige popmuziek verdient een plaatsje naast – want doet vaak niet onder voor – al die Engelstalige meuk waarmee we doorgaans overvoerd worden.

Dat geldt zeker voor Candelilla, vier vrouwen uit München die al sinds 2001 aan de weg timmeren en met Camping toe zijn aan hun derde album. De band speelt indierock/pop en post-punk en doet dat met verve. Daar moet direct bij worden aangetekend dat het gezelschap voor een iets meer gepolijste en poppier aanpak heeft gekozen ten opzichte van voorganger Heart/Mutter, uit 2013 alweer. Destijds zat Steve Albini achter de opnameknoppen en die staat natuurlijk garant voor een directe, droge en eerlijke sound. Candelilla komt echter zeer goed weg met de wat gladdere productie, nu in handen van Tobias Levin.

Camping kenmerkt zich door strakke en kille songs, die voorzien zijn van onderkoelde zang en nuchtere teksten. Het menselijk lichaam en menselijke verhoudingen zijn de belangrijkste onderwerpen, maar op afstandelijke wijze beschreven. “Ich mag deinen Körper, Er hat eine schöne Oberfläche”, klinkt het zakelijk in ‘Ruhig draußen’. Zelfs als het gaat over ‘Intimität’, wordt dat op een klinische, geobjectiveerde wijze gedeclameerd. Zangeres Mira Mann observeert en beschrijft, emoties worden maar nauwelijks getoond. Door de koele muzikale en tekstuele aanpak weet Candelilla ondanks de meer gepolijste productie nog directer en droger te klinken dan op Heart/Mutter, waarop duidelijk meer ruimte was voor gemoedsbewegingen.

Speelsheid is geen handelsmerk van Candelilla, althans niet aan de oppervlakte. Toch weet de band wel degelijk drama in zijn songs te leggen. De muziek is weliswaar star en klinkt ten opzichte van het eerdere werk erg beheerst, maar desondanks komt Camping verre van onbewogen over. Het is wat achter de (spraak)zang gebeurt wat deze plaat interessant maakt. In het eerder genoemde ‘Intimität’, bijvoorbeeld, gaat de koele presentatie vergezeld van een dwingend ritme en stekelig gitaar- en toetsenspel.

De plaat opent met het instrumentale ‘Augen’, dat naar post-rock tendeert, maar het merendeel van de songs valt als post-punk te betitelen, waarbij met name bas en toetsen de jaren tachtig in herinnering roepen. Opvallend is verder het straffe drumwerk. Bijzonder fraai is de doorlopende baslijn in ‘Trocken und staubig’. Uitzondering op de strakke sound en koele zang is ‘Transformer’. Niet alleen is het nummer Engelstalig, ook klinkt de band luchtiger en poppier dan in de andere songs en is de zang melodieuzer. Het is een kleine stijlbreuk die op natuurlijke wijze in het geheel past.

Iets meer emotie is te vinden in ‘Atmen’, maar op afgemeten wijze, en in ‘Tier’ gaat het tempo omhoog. De korte, afgepaste zinnen blijven handelsmerk, ook in ‘Pool’, dat gedomineerd wordt door een schitterende baslijn en bitse gitaarpartij. ‘Wüste’ sluit de plaat stijfjes af en daarmee is helemaal duidelijk: Candelilla’s Camping is een knappe plaat die is opgebouwd uit strakke en afstandelijke elementen, maar die je niet onberoerd laat.

Candelilla website