Merleyn, Nijmegen
Vrijdag 25 november 2016
In het uitgebreide livemuziek-aanbod van deze vrijdag is gaan voor het concert van Donnerwetter in het Nijmeegse Merleyn een veilige keuze. Het kwartet heeft immers al dubbel en dwars bewezen een live-attractie van formaat te zijn. De verwachtingslat ligt dus hoog, maar ook vanavond weet Donnerwetter weer volop te overtuigen.
Voordat het zover is, is het eerst de beurt aan Nomadic Drive. Dat is een uit Boxmeer en Gennep afkomstig duo, bestaande uit de gitaristen Stefan Kollee en Tjeu Raaijmakers. Live wordt de bezetting uitgebreid met een bassist en een drummer. De band speelt goed doortimmerde rock en oogst daarmee behoorlijk wat bijval. Maar de liedjes mogen dan goed in elkaar zitten, dat betekent ook dat van echt scherpe randjes geen sprake is. Daarnaast ontbreekt het de muziek aan hooks en memorabele zanglijnen en daardoor willen de nummers niet beklijven. De songs zitten ook nog eens vol clichés, met als dieptepunt de lange afsluiter, dat bijna plichtmatig naar een climax toewerkt en ook die wil maar niet echt ontvlammen. Een beetje meer buiten de lijntjes kleuren zou de muziek goed doen, maar getuige het applaus dat Nomadic Drive ontvangt is niet iedereen diezelfde mening toegedaan.
Het contrast met hoofdact Donnerwetter kan niet groter zijn. Die band kleurt niet buiten de lijntjes, er zijn helemaal geen lijntjes. Het viertal liet tot nu toe twee albums het licht zien en daarop is een band te horen die niet aan hokjesdenken doet en experimenteert zonder al te extreem te zijn. Muzikale gekte en inventiviteit worden op knappe wijze gekoppeld aan toegankelijkheid, en hoe hoekig de band soms ook mag klinken, altijd staan de tegendraadse elementen in dienst van een goede song.
Donnerwetter weet ook hoe een set op te bouwen. In feite wordt het publiek in Nijmegen al meteen ingepakt met de drie songs die de opening vormen: ‘Mother’, ‘Ego’ en ‘In The City’; drie ijzersterke songs die de veelzijdigheid van Donnerwetter aantonen. Vooral de dampende versie van ‘Ego’, dat ten opzichte van de albumversie wordt uitgebreid met een langzaam stampend einde, is er een om nog lang te heugen. De alomtegenwoordige frontman Rocco Ostermann is een bevlogen muzikant die volledig gelooft en opgaat in zijn eigen muziek, met gekke bekken en poses ook het publiek erbij betrekt en daarbij authentiek en geloofwaardig overkomt.
Donnerwetter heeft sinds het verschijnen van Pavlov Beauty Saloon al wat nieuwe liedjes geschreven en daarvan krijgt het publiek ‘Monster Hit’ en ‘Lonesome Old Town’ te horen. Het eerstgenoemde nummer past perfect in de set, maar het tweede, een langzaam, gedragen nummer, slaat een beetje dood. De band mept echter hard terug door weer vol gas te geven in het snelle ‘Peek-A-Boo’. Naast Ostermann weet gitarist Wout Kemkens indruk te maken met zijn originele en tegendraadse gitaarspel en zijn hoge (kop)stemcapriolen.
Wat voor een formidabele zanger Ostermann is, bewijst hij in ‘While The Moon Shines Through My Beer’. Opnieuw een langzaam en gedragen nummer, maar met veel meer expressie en dramatiek dan ‘Lonesome Old Town’. Daarna kunnen de beentjes weer van de vloer in publieksfavoriet ‘Dance’, dat het altijd goed doet en dat ook vanavond weer vurig wordt gespeeld. Drummer Mike Visser en toetsenist Matthijs Stronks zitten wat verder naar achter op het podium, maar hun inbreng in de sound van de band mag niet worden onderschat, waarbij vooral Stronks uitblinkt in dienend en afwisselend toetsenspel, dat ook fungeert als bas.
‘The Dutch Disease’ noemen buitenlandse bands de gewoonte in Nederland om door de muziek heen te ouwehoeren. Ook in Merleyn wordt her en der vrolijk doorgekeuveld terwijl Donnerwetter speelt, maar aan het einde van ‘Dressed Up’ weet Ostermann zingend de zaal nagenoeg stil te krijgen. Daarna wordt het tempo met ‘Trumpoline’, ‘Oh, You Little Troublemaker’ en het knotsgekke ‘Mango Juice’ weer opgevoerd en worden de aanwezigen, waarvan er steeds meer tot dansen overgaan, nog verder opgehitst. Het lange prijsnummer ‘Silent One’ sluit bijna traditiegetrouw de set af.
Het publiek is dolenthousiast en wil meer. De encore wordt een ode aan Johan Cruyff, ‘No. 14’, toevalligerwijs ook het veertiende nummer van de avond. Het is een potje onvervalste instrumentale surfrock. Niet het allerbeste dat Donnerwetter te bieden heeft, maar de buit is allang binnen, dus het doet niets af aan het gedenkwaardige concert van een van de beste bands die Nederland rijk is.