Sanasar, 2016
De Amerikaanse gitarist met Armeense roots Aram Bajakian speelt in de bands Kef en Abraxas, waarvan cd’s zijn verschenen op John Zorn’s Tzadik-label. Bekender is Bajakian echter als gitarist bij Lou Reed en Diana Krall. Daarnaast werkt hij gestaag aan een uniek en eigenzinnig oeuvre. Zo is zijn opvatting over blues en rock terug te horen op There Were Flowers Also In Hell uit 2014. Nog in datzelfde jaar bracht hij met zijn vrouw Julia Ulelha onder de noemer Dálava een cd uit met een eigentijdse invulling van Moravische volksliederen. Een jaar later liet Bajakian zich inspireren door een Armeense film van regisseur Sergei Parajnov voor zijn soloplaat Music Inspired By The Color Of Pomegranates.
Drie cd’s, drie volkomen van elkaar verschillende muzikale uitingsvormen. Het mag daarom niet verwonderen dat Bajakian het op Dolphy Formations weer over een andere boeg gooit. De muziek op dit schijfje wordt gespeeld door een trio dat naast de gitarist bestaat uit Peggy Lee op cello en JP Carter op trompet. Beide muzikanten zijn afkomstig uit het Canadese Vancouver.
Lee is een klassiek opgeleid celliste die zich later in improvisatiekringen is gaan bewegen en samenwerkte met onder andere Lawrence ‘Butch’ Morris, Wadada Leo Smith, Barry Guy, Michael Moore, Dave Douglas en Dylan van der Schyff. Daarnaast is zij leider van haar eigen The Peggy Lee Band. Carter lengt zijn trompetspel regelmatig aan met elektronische effecten. Zijn meest in het oog springende projecten zijn Aeroplane Trio, Inhabitants en Carsick. Gedrieën vormen Bajakian, Lee en Carter het trio Handmade Blade, maar Dolphy Formations is Bajakians compositie.
De uit drie delen bestaande compositie is gebaseerd op Eric Dolphy’s Synthetic Formations, door de saxofonist/basklarinettist aan Yusef Lateef gegeven in 1961. Bajakian studeerde vier jaar bij Lateef en kwam zo in aanraking met het werk van Eric Dolphy. Bajakians bedoeling was om een stuk te schrijven waarin niets zou gebeuren, om het werk zonder vooropgezette, vastomlijnde muzikale vorm of spanningsboog te spelen. Maar het mag dan de intentie zijn geweest om niets te laten gebeuren, er gebeurt intussen van alles op de drie stukken die Dolphy Formations telt.
Bajakian mediteert iedere dag en die meditaties duren, naar eigen zeggen zonder dat hij een tijdsduur plant, altijd negentien of twintig minuten. Zo lang duurt ieder van de drie variaties op het album ook. Advies van de gitarist is om de ogen te sluiten en een van de stukken over je heen te laten komen. Het is niet alleen de muziek die dit werk bepaalt, maar ook wat in het hoofd van de luisteraar gebeurt. Voor ieder ontstaat zo een geheel eigen ervaring van dit muzikale werk.
De drie variaties worden gespeeld door volledig gelijkwaardige muzikanten. Nergens is sprake van een solopartij voor een van de instrumenten, wel worden door zowel gitaar, cello als trompet accenten gelegd. Het leidt tot een ambient/drone-achtig werk, waarin binnen de constante gemoedsgesteldheid wel veranderingen plaatsvinden. De cello bevindt zich in het midden en wordt geflankeerd door gitaar en trompet.
Dynamiek is niet waar deze muziek over gaat, maar de muziek is niet vlak. In ieder van de drie stukken ontvouwt zich een patroon van langs elkaar schuivende en door elkaar heen bewegende instrumentale klanken. Doordat dissonantie niet wordt geschuwd en geluiden daardoor soms wat ongemakkelijk schuren, blijft de spanning gehandhaafd. Zo nu en dan treedt een van de instrumenten op de voorgrond, maar geen van de muzikanten neemt echt het voortouw; lange lijnen domineren en steeds voegen de individuele klanken zich weer samen tot een geheel. De schoonheid van de muziek zit in die samenklank en de langzaam en voorzichtig veranderende muzikale contouren. In de derde variatie is ruimte voor een steviger passage, maar de controle blijft ook gehandhaafd als wat fermer wordt gespeeld.
Ondanks dat door Bajakian, Lee en Carter voornamelijk behoedzaam wordt gemusiceerd en de muziek een sober en verstild karakter heeft, gaat van Dolphy Formations een grote zeggingskracht uit. Het muzikale landschap kent diepgang en afwisseling, al zit dat laatste in de nuance en niet in de algehele sfeer. De muzikanten imponeren zonder dat ze ook maar een moment de indruk wekken bewust daar mee bezig te zijn. De muziek sleept je op kalme wijze mee naar een andere wereld en is in al zijn bescheidenheid indrukwekkend.